De Rijksoctrooiwet 1995 wordt gewijzigd om het midden- en kleinbedrijf meer rechtszekerheid te geven en het bewustzijn van de voordelen van octrooien te vergroten. Het wetsvoorstel is na instemming van de Rijksministerraad naar de Tweede Kamer gestuurd.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De aanpassingen volgen op een evaluatie van het functioneren van de wet en zijn een uitwerking van de beleidsvisie Octrooibeleid en MKB van juni 2006.
De belangrijkste wijzigingen in de wet zijn:
- afschaffing 6-jarig octrooi:
Uit de evaluatie is naar voren gekomen dat het 6-jarig octrooi leidt tot teveel rechtsonzekerheid, omdat bij dat octrooi geen onderzoek naar de stand van de techniek wordt verricht. Dat onderzoek wordt wel verricht bij het 20-jarig octrooi en biedt een zeker inzicht in de houdbaarheid van het octrooi.Afschaffing van het 6-jarig octrooi betekent dat onder ons rijksoctrooisysteem alleen nog maar octrooi kan worden aangevraagd, met een maximale beschermingsduur van 20 jaar, waarbij altijd een onderzoek naar de stand der techniek over de uitvinding wordt verricht. Vanaf 1 juli 2006 is dit onderzoek naar de stand van de techniek versterkt met een zogenoemde schriftelijke opinie. Daarin geeft Octrooicentrum Nederland, de octrooiverlenende instantie een korte toelichting op het onderzoek naar de stand van de techniek. Zo kunnen niet alleen de octrooihouders zelf, maar ook derden beter de waarde van een octrooi inschatten.
- Engelstalig indienen (met conclusies in het Nederlands):
Het Octrooicentrum Nederland zal straks een in het Engels opgesteld octrooischrift accepteren en van de Engelse beschrijving geen Nederlandstalige vertaling eisen. De aanvraag moet wel Nederlandstalige conclusies bevatten, want de omvang van de exclusieve rechten die een octrooi verleent, wordt bepaald door de octrooiconclusies. Hierdoor blijft de rechtszekerheid voor partijen behouden. Deze wijziging voorkomt vertaalkosten bij een internationale vervolgaanvraag en is dus een lastenverlichting.Overigens wordt ook bij Europese octrooien gewerkt aan beperking van de vertaaleisen, via het zogeheten Vertalingenprotocol. De wijzigingen in het wetsvoorstel zijn vergelijkbaar met die uit het vertalingenprotocol.
- verkorten taksenvrije periode:
Het huidige systeem kent een periode waarin er geen instandhoudingstaksen hoeven te worden betaald. Deze zogenoemde taksenvrije periode geldt gedurende de eerste vier jaar vanaf de aanvraagdatum van het octrooi. Nederland is één van de weinige landen in Europa (met Zwitserland, Italië en het Verenigd Koninkrijk) zo’n lange taksenvrije periode. Door de taksenvrije periode met één jaar te bekorten krijgen octrooihouders eerder een prikkel om bewust af te wegen of zij het octrooi wel of niet in stand te houden. Binnen die drie jaar hebben starters en kleine bedrijven voldoende mogelijkheden om de exploitatiemogelijkheden van hun uitvinding te onderzoeken voordat ze instandhoudingstaksen moeten gaan betalen. - Octrooicentrum Nederland minder passief in adviesprocedures:
Wie de rechter verzoekt een (door Octrooicentrum Nederland verleend) octrooi nietig te verklaren, is verplicht een advies over de juistheid van de nietigheidsgronden aan Octrooicentrum Nederland te vragen. Dat advies is bedoeld ter ondersteuning van de rechter. Octrooicentrum Nederland kan tot nu toe alleen ingaan op de door de verzoeker naar voren gebrachte nietigheidsgronden. Om de kwaliteit van het advies te verhogen, krijgt Octrooicentrum Nederland nu de bevoegdheid om in een adviesprocedure het advies aan te vullen met nietigheidsgronden die niet door de verzoeker zijn benoemd doch mede kunnen worden ontleend aan het resultaat van het onderzoek naar de stand van de techniek. Door de uitbreiding van de bevoegdheid van Octrooicentrum Nederland zal de kwaliteit van zijn advies toenemen en krijgen derden een completer inzicht in de houdbaarheid van het octrooi.