In een uitspraak van het Hof ’s-Gravenhage van 2 februari jl. werd beoordeeld hoe twitteren zich verhoudt tot het hebben van een relatiebeding. Indien in de arbeidsovereenkomst een relatiebeding is opgenomen brengt dat doorgaans met zich mee dat een werknemer gedurende een bepaalde periode geen klanten van de voormalig werkgever mag benaderen. Het Hof oordeelt in deze uitspraak dat het plaatsen van een twitterbericht (anders dan bijvoorbeeld een bericht op Facebook of LinkedIn) niet tot overtreding van het relatiebeding leidt.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Feiten
Werknemer is sinds april 2007 in dienst van werkgever als recruiter. In de arbeidsovereenkomst van werknemer is zowel een concurrentiebeding, een relatiebeding als een geheimhoudingsbeding opgenomen. Werknemer heeft zijn arbeidsovereenkomst met zijn huidige werkgever opgezegd omdat hij per 1 september 2011 in dienst treedt bij een andere werkgever. Ook bij deze nieuwe werkgever treedt werknemer in dienst als recruiter.
Werkgever
Naast de discussie die partijen voeren over het concurrentiebeding wordt door de ex-werkgever van werknemer ook aangevoerd dat werknemer het relatiebeding overtreedt. Het Hof oordeelt allereerst dat de schorsing van het concurrentiebeding door de kanonrechter terecht was. Indien werknemer onverkort aan het concurrentiebeding zou worden gehouden zou werknemer hierdoor onbillijk worden benadeeld. Werknemer gaat namelijk 37% meer loon verdienen, heeft meer doorgroeimogelijkheden en zal/kan een internationale markt gaan bedienen. Het Hof neemt hierbij in perspectief dat het relatie- en geheimhoudingsbeding wel van kracht blijven, ondanks dat het relatie- en geheimhoudingsbeding, ook tezamen, niet dezelfde bescherming zullen bieden als het onverkort handhaven van het concurrentiebeding. Het Hof schat echter in dat deze bedingen de ex-werkgever vooralsnog voldoende bescherming geven. Zeker nu niet is gebleken dat werknemer deze bedingen heeft geschonden. De ex-werkgever kan zich in deze laatste overweging niet vinden en stelt dat werknemer het relatie- en geheimhoudingsbeding ook niet naleeft (het relatie- en geheimhoudingsbeding zijn niet in de uitspraak opgenomen). De werkgever brengt, ter onderbouwing van zijn stelling, diverse twitterberichten in de procedure in. Uit de door werkgever overgelegde twitterberichten zou blijken dat werknemer al enige tijd vanuit zijn functie diverse berichten op zijn twitteraccount heeft geplaatst, waarin hij aangeeft voor zijn functie (als recruiter) op zoek te zijn naar naar zzp’ers die werkzaam zijn op het terrein van “finance” en hiermee het relatiebeding zou overtreden.
Het Gerechtshof
Het Hof overweegt dat de werknemer zich door het plaatsen van deze berichten mogelijk op glad ijs begeeft, gekeken naar het met hem overeengekomen relatiebeding. Echter, het Hof overweegt hierbij ook dat met het plaatsen van deze berichten op Twitter vooralsnog geen sprake is van “het onderhouden van zakelijke contacten” zoals wordt verboden in het relatiebeding van de werknemer. Ook is dit niet het geval als daarbij zogenaamde volgers worden betrokken. Het volgen op Twitter is namelijk een eenzijdige actie vanuit een volger. Het volgen van een account wordt immers niet specifiek geïnitieerd vanuit de eigenaar, in dit geval dus de werknemer, van het twitteraccount. Dit is anders en bijvoorbeeld wel het geval bij persoonlijke accounts zoals Facebook en LinkedIn. Bij deze persoonlijke accounts wordt, in tegenstelling tot Twitter, gewerkt met uitnodigingen en acceptatie van uitnodigingen. Bij Twitter kunnen volgers zelf aangeven of zij iemand willen volgen. Het Hof oordeelt dan ook dat twitteren in feite gezien kan worden als een moderne vorm van adverteren. In dit geval gericht op gegadigden die op zoek zijn naar een baan. Doorgaans zijn deze gegadigden ook bij meerdere bedrijven (recruitementbureaus) ingeschreven. Zo mogelijk ook bij de ex-werkgever en werkgever van werknemer. Het is dus mogelijk dat deze gegadigden in beide “kaartenbakken” zullen zitten. Er is geen sprake van overtreding van het relatiebeding door werknemer.
mr. Mieke Dijkman, Van Diepen Van der Kroef Advocaten