De NOvAA (Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten) heeft in een brief aan de Vaste Kamercommissie voor Financiën gepleit voor strenger toezicht op accountants die werkzaam zijn voor beursgenoteerde ondernemingen. Daarmee reageert de organisatie op het Wetsvoorstel toezicht accountantsorganisaties van minister Zalm. De NOvAA is van mening dat dit wetsvoorstel geen bijdrage levert aan het tegengaan van fraudes bij beursgenoteerde ondernemingen, maar wel onherstelbare schade toebrengt aan het beroep van openbaar accountant. De NOvAA wijst het wetsvoorstel dan ook af.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Scherper toezicht
NOvAA-voorzitter Carel Verdiesen AA pleit in de brief voor scherper toezicht op accountants die werkzaam zijn voor beursgenoteerde ondernemingen. Daarmee wordt aangesloten op een eerdere uitspraak van de Tweede Kamer die in 2002 al pleitte voor het instellen van onafhankelijk toezicht op accountants die beursgenoteerde ondernemingen controleren. De NOvAA geeft aan voorstander te zijn van een verbod op een combinatie van controle- en advieswerk bij een beursgenoteerde onderneming door dezelfde accountantsorganisatie. Verder wil de NOvAA dat een accountant door de AFM wordt benoemd voor een vaste periode, een verplichte wisseling van accountantskantoor na zeven jaar en openbaarmaking van de controlefee in het jaarverslag van de beursgenoteerde onderneming. Deze extra eisen kunnen snel worden gerealiseerd door beperkte aanpassing van bestaande wetgeving en zullen in de ogen van de NOvAA wel een bijdrage leveren aan de onafhankelijkheid van de accountant en fraude bij beursgenoteerde ondernemingen tegengaan.
Schade accountantsberoep
Verdiesen: “Het huidige wetsvoorstel is schadelijk voor het accountantsberoep in zijn volle breedte. De minister erkent nog maar één publiek belang van het accountantsberoep, namelijk de wettelijke controle. In zijn wetsvoorstel splitst de minister het accountantsberoep op in de wettelijke controle en de overige accountantswerkzaamheden. Een accountant zonder vergunning mag straks geen controle meer verrichten. Tegelijkertijd vallen de overige werkzaamheden van de accountant, omdat zij volgens de minister niet meer van publiek belang zijn, niet meer onder het wettelijk geborgd openbaar tuchtrecht. Dat is schadelijk voor het accountantsberoep. Het overgrote deel van het MKB is immers niet controleplichtig. Deze niet-controleplichtige ondernemer raakt door dit wetsvoorstel zijn wettelijk geborgde zekerheid over de kwaliteit van de dienstverlening door de accountant kwijt. Dit bedreigt de transparantie in het economisch verkeer, de betrouwbaarheid van jaarrekeningen en zal de kredietverlening door financiële instellingen aan het niet-controleplichtige deel van het bedrijfsleven in gevaar brengen.”
Wettelijke maatregelen moeten in de ogen van Verdiesen “worden genomen in het segment van de markt waar de problemen zich voordoen: de beursgenoteerde ondernemingen. Daar was door de Tweede Kamer ook om gevraagd.” Door de wettelijke maatregelen te richten op accountants die werkzaam zijn voor beursgenoteerde ondernemingen ontstaat een situatie zoals die momenteel in België is. De accountants vallen ook daar onder de wettelijke regeling van hun beroep (in Nederland de wet AA en de wet RA). Zij zijn bevoegd tot het verrichten van wettelijke controles. Alleen als zij de controle van beursgenoteerde ondernemingen willen verrichten, vallen zij onder extra toezicht. In Nederland zou dat toezicht door de AFM zijn, die ook toezicht houdt op de verslaggeving.
De NOvAA-voorzitter gaat er van uit dat de Tweede Kamer gevoelig is voor zijn argumenten. “De Tweede Kamer heeft zich immers nog niet zo lang geleden in de motie-Van Baalen duidelijk uitgesproken voor een verscherping van extern toezicht op de onafhankelijkheid van de accountants bij de controle van beursgenoteerde ondernemingen en voor het belang van het brede beroep van accountant. Met een klein aantal aanpassingen kunnen deze wensen worden gerealiseerd.”
Brief van de NOvAA aan de Vaste Kamercommissie voor Financiën