Bij de waardering van onroerende zaken die bedrijfsmatig worden gebruikt, zoals een bungalowpark, is op grond van de Wet WOZ de waarde in het economisch verkeer het uitgangspunt, wanneer deze ten minste gelijk is aan de gecorrigeerde vervangingswaarde. Bij de bepaling van de waarde dient op grond van de jurisprudentie rekening te worden gehouden met de aan de koper in rekening gebrachte omzetbelasting. Daarnaast kunnen de kosten voor inventaris/roerende zaken, die zijn inbegrepen in de koop-/aanneemsom, gevolgen hebben voor de waardebepaling op grond van de Wet WOZ.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De eigenaar van een vakantiebungalowpark ging in beroep tegen de door de gemeente vastgestelde WOZ-waarde van (omgerekend) ruim € 38,4 miljoen naar de waardepeildatum van 1 januari 1994. Volgens de gemeente was dit de waarde in het economisch verkeer.
Het vakantiebungalowpark is in 1996 en 1997 gebouwd voor een koop-/aanneemsom van (omgerekend) bijna € 44,6 miljoen inclusief omzetbelasting. Volgens de eigenaar was in de koop-/aanneemsom inbegrepen een bedrag voor de inventaris/roerende zaken. Op grond van de Wet WOZ is de waarde in het economisch verkeer het uitgangspunt, wanneer deze ten minste gelijk is aan de gecorrigeerde vervangingswaarde.
De Hoge Raad oordeelt in deze zaak dat op grond van de jurisprudentie de waarde van het vakantiebungalowpark wordt bepaald inclusief de aan de koper in rekening gebrachte omzetbelasting. Volgens de Hoge Raad is Hof Arnhem ten onrechte voorbijgegaan aan het feit dat in de koop-/aanneemsom een bedrag kan zijn begrepen voor inventaris/roerende zaken. Dit heeft mogelijk gevolgen voor de waardebepaling op grond van de Wet WOZ.
De Hoge Raad verwijst de zaak daarom terug naar het hof. Dat moet onderzoeken of in de koop-/aanneemsom een bedrag is begrepen voor inventaris/roerende zaken en welke gevolgen dit dan heeft voor de waardebepaling.