Onlangs heeft de Hoge Raad beslist dat de door een schildersbedrijf aan werknemers verstrekte kleding geen werkkleding in fiscale zin is. Het feit dat de kleding tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden wordt vervuild, maakt de kleding niet tot werkkleding. De kleding kan daarom niet onbelast aan de werknemers worden verstrekt.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De Hoge Raad heeft onlangs beslist dat de door een schildersbedrijf verstrekte kleding aan werknemers geen werkkleding in fiscale zin is. Het feit dat de kleding tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden wordt vervuild, maakt kleding niet tot werkkleding. De werkgever was van mening dat de kleding juist wel als werkkleding kon worden aangemerkt. Na de eerste verstrekking raakt de kleding snel besmeurd met verfvlekken die niet zijn te verwijderen. Daarmee is de kleding ongeschikt om in de privésfeer te gebruiken.
Om voor een vrije verstrekking van de werkgever in aanmerking te komen, dient kleding als werkkleding te worden aangemerkt. De kleding dient uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt te zijn om tijdens de vervulling van de dienstbetrekking te worden gedragen of te zijn voorzien van een of meer logo’s van de werkgever met een gezamenlijke oppervlakte van ten minste 70 cm2. Een vrije verstrekking van kleding die niet als werkkleding wordt aangemerkt, is alleen mogelijk indien de kleding tijdens de vervulling van de dienstbetrekking wordt gedragen en aantoonbaar op het werk achterblijft.
In 2006 heeft Hof Amsterdam uitspraak gedaan in deze zaak en geoordeeld dat de verstrekte kleding normaliter niet, maar gezien de omstandigheden fiscaal wel als werkkleding kwalificeert. Als gevolg van de vervuiling tijdens het werk is de kleding uitsluitend geschikt om tijdens de behoorlijke vervulling van de dienstbetrekking te worden gedragen en daarmee ongeschikt voor gebruik in de privésfeer.
De Hoge Raad heeft echter geoordeeld dat kleding die op zichzelf buiten het kader van de vervulling van de dienstbetrekking kan worden gedragen, niet als werkkleding kan worden aangemerkt. De vervuiling van de kleding doet daaraan niets af. De werkgever kan de kleding daarom niet onbelast verstrekken.
De uitspraak is een van de vele uitspraken over werkkleding van de afgelopen jaren. De Hoge Raad volgt de lijn van een eerdere uitspraak uit 1995 in een vergelijkbare situatie waarbij kleding werd verstrekt aan medewerkers van een bedrijf dat zich bezighield met de overslag van vloeibare zwavel en waarbij de kleding blootstond aan extra vervuiling en slijtage. Het is daarom opmerkelijk dat Hof Amsterdam in 2006 tot een andere conclusie was gekomen.