De kern van de uitspraak is dat de uitspraak van het hof ’s-Hertogenbosch wordt vernietigd. Het hof Arnhem zal de zaak opnieuw moeten berechten met inachtneming van de uitspraak van de Hoge Raad.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De verdachte is in hoger beroep veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf voor de moord op een 8-jarige scholier in Hoogerheide op 1 december 2006 (hof ’s-Hertogenbosch, 26.2.08, LJN BC5105). Hij voerde tijdens de terechtzitting in hoger beroep zijn eigen verdediging. Eerder achtte de rechtbank moord niet bewezen en was de verdachte voor doodslag veroordeeld tot twaalf jaar gevangenisstraf en TBS (rechtbank Breda, 6.9.07, LJN BB3032).
De procedure bij de Hoge Raad
De verdachte heeft cassatieberoep ingesteld tegen de uitspraak van het hof ’s-Hertogenbosch . Volgens de advocaten van de verdachte, wijlen mr. G.P. Hamer en mr. B.P. de Boer in Amsterdam, is bij de berechting in hoger beroep het recht op een eerlijk proces als bedoeld in art. 6 van het Europese Verdrag voor de rechten van de mens (EVRM) geschonden. De advocaten stellen onder meer dat het hof niet zonder nader onderzoek had mogen aannemen dat de verdachte afstand heeft gedaan van zijn recht op rechtsbijstand.
Advocaat-generaal mr. N. Jörg heeft op 21 april 2009 de Hoge Raad geadviseerd de uitspraak van het hof ’s-Hertogenbosch te vernietigen en de zaak te verwijzen naar een ander hof om de zaak opnieuw te behandelen.
De uitspraak van de Hoge Raad
De Hoge Raad stelt voorop dat een verdachte het recht heeft om zichzelf te verdedigen en af te zien van de bijstand van een advocaat. De rechter zal er dan wel op moeten toezien dat aan het recht van de verdachte op een eerlijk proces niet te kort wordt gedaan. Dat betekent dat de rechter moet onderzoeken of de verdachte ondubbelzinnig, bewust en vrijwillig afstand van zijn recht op rechtsbijstand heeft gedaan.
Vervolgens zal de rechter erop moeten letten dat aan de verdachte die geen rechtsbijstand heeft, de informatie wordt gegeven die deze nodig heeft voor zijn verdediging.
In de onderhavige zaak waarin sprake is van moord, waarvoor levenslange gevangenisstraf kan worden opgelegd, en waarin ingewikkelde juridische vragen aan de orde waren en veel voor de verdachte op het spel stond, had het hof indringend moeten onderzoeken of de verdachte bewust afstand van rechtsbijstand deed. Het hof had hem daarbij in overweging moeten geven zich nader te beraden over zijn keuze, zonodig na schorsing van de behandeling en in overleg met de aan hem toegevoegde raadsman.
Het hof heeft er geen blijk van gegeven dat het de motieven van de verdachte voor zijn keuze heeft onderzocht hoewel aanwijzingen bestonden dat hij de reikwijdte daarvan niet ten volle overzag. Evenmin blijkt dat het hof de verdachte op cruciale momenten, bijvoorbeeld na het requisitoir van de advocaat-generaal die moord bewezen achtte en de mogelijkheid van levenslange gevangenisstraf noemde, heeft gewezen op de mogelijke gevolgen van zijn weigering zich door een advocaat te laten bijstaan. Dat betekent dat de uitspraak van het hof niet in stand kan blijven.
Gevolgen van deze uitspraak
De uitspraak van het hof ’s-Hertogenbosch wordt vernietigd. Het hof Arnhem zal de zaak opnieuw moeten berechten met inachtneming van deze uitspraak van de Hoge Raad.