Uit het meest recente kiezersonderzoek dat in opdracht van de regering is uitgevoerd, blijkt dat sinds de vorige peilingen de tegenstanders van de grondwet een voorsprong van 1 procentpunt hebben ten opzichte van de voorstanders.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
In dit onderzoek, waarbij telefonisch de stemintenties van ruim 800 Nederlanders zijn gepeild met betrekking tot het referendum over de Europese grondwet, wordt een onderscheid gemaakt tussen mensen die spontaan reageren en mensen die informatie over de grondwet hebben gekregen.
Volgens de meest recente peilingen, uitgevoerd in april, zegt 58 procent er zeker van te zijn dat ze op 1 juni gaan stemmen. Hiervan is 39 procent van plan voor te stemmen. 40 procent zegt tegen te gaan stemmen. 15 procent weet nog niet wat ze op 1 juni zullen stemmen. Het gaat hierbij om mensen die geïnformeerd zijn over de grondwet. In april waren er nog 52 procent voorstanders en 30 procent tegenstanders.
Als deze groep van zeker-stemmers wordt uitgebreid met mensen die waarschijnlijk gaan stemmen (in totaal 81 procent), hebben de ja-stemmers een voorsprong, namelijk 41 procent tegenover 36 procent tegenstemmers.
Van de mensen die nog niet over de grondwet zijn geïnformeerd, zegt 53 procent zeker te zullen gaan stemmen. Bij die groep valt het verschil tussen voor – en tegenstemmers nog iets meer in het nadeel van het ja-kamp uit: 35 procent zegt voor te zullen stemmen en 40 procent tegen. Maar dit verschil slinkt dus als mensen geïnformeerd zijn over de grondwet.
Overigens is het aantal mensen dat zeker gaat stemmen, toegenomen ten opzichte van de vorige peiling, namelijk van 53 procent naar 58 procent.
Ook de bekendheid met het referendum en de Europese grondwet neemt toe. Inmiddels heeft 78 procent van de bevolking in de laatste maanden iets gehoord of gelezen over de Europese grondwet. In april was dat ruim 20 procentpunten minder, namelijk 56 procent.
Vergeleken met de vorige meting kunnen meer mensen vragen over het verdrag correct beantwoorden (zo weet 52% nu dat een land de Unie kan verlaten door de grondwet; dat was in april nog 47%). En een veel kleiner percentage van de kiezers geeft nu aan zich slecht geïnformeerd te voelen.
De definitieve resultaten van het meeste recente kiezersonderzoek zijn te vinden op de websites van de ministeries van Buitenlandse Zaken (www.minbuza.nl, www.grondweteu.nl) en Algemene Zaken (www.regering.nl).
Rapportage kiezersonderzoek Europese grondwet mei 2005, Ministerie van Buitenlandse Zaken