De Hoge Raad en kort daarvoor Hof Den Bosch hebben vrij recent beslist dat een door de NMa (Nederlandse Mededingingsautoriteit) opgelegde mededingingsboete (een bestuurlijke boete) in zijn geheel niet aftrekbaar is van de winst.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De bouwbedrijven in de procedures stelden dat de NMa-boete aftrekbaar zou zijn voor zover de boete (mede) een voordeelontnemend karakter had. Voor zover de boete een bestraffend karakter had, was niet in geschil dat de boete niet-aftrekbaar was. De Hoge Raad wees dit standpunt echter af. De wetstekst noch de wetsgeschiedenis geven steun aan die opvatting. De NMa-boete heeft een bestraffend karakter. Dat de boete gerelateerd is aan de mogelijke opbrengsten van de kartelafspraken doet aan het bestraffende karakter niet af.
Diverse soorten geldboeten zijn niet aftrekbaar van de winst. Tot deze boeten behoren onder meer geldboeten met een strafrechtelijk, tuchtrechtelijk of bestuursrechtelijk handhavende achtergrond.
De Hoge Raad en kort daarvoor Hof Den Bosch hebben vrij recent uitspraak gedaan over de vraag of een door de NMa (Nederlandse Mededingingsautoriteit) opgelegde mededingingsboete (een bestuurlijke boete) deels aftrekbaar kan zijn van de winst.
Rechtbank Haarlem had in zijn uitspraak van 22 mei 2006 beslist dat ‘EU-geldboete’ verschilt van het Nederlandse begrip ‘geldboete, omdat de EU-geldboete zowel bestraffende als voordeelontnemende elementen bevat. De rechtbank vond gezien de werking van de wetsbepaling over aftrekuitsluiting van de geldboeten het niet aanvaardbaar dat de geldboete, -voor zover het voordeelontnemend karakter had- niet aftrekbaar zou zijn. Een voordeelontnemend deel van de EU-geldboete was naar het oordeel van de rechtbank dus wel aftrekbaar. Twee bouwconcerns beriepen zich op deze uitspraak van de rechtbank. Zij stelden dat een deel van een soortgelijke boete van de NMa aftrekbaar zou zijn, omdat de boete mede een voordeelontnemend karakter heeft en dat het bedrag van de voordeelontneming aftrekbaar is.
De Hoge Raad wees dit standpunt echter af. De wetstekst noch de wetsgeschiedenis geven steun aan die opvatting. De NMa-boete heeft een bestraffend karakter. Dat de boete (mede) gerelateerd is aan de mogelijke opbrengsten van de kartelafspraken, doet aan het bestraffende karakter niet af. Het ligt in de rede dat mede die omzet in aanmerking wordt genomen bij het bepalen van de ernst van de overtreding die met de boete wordt bestraft.
Hof Den Bosch kwam tot hetzelfde oordeel. Bij dit hof deed het aannemingsbedrijf nog een beroep op het gelijkheidsbeginsel om toch deels een aftrek van de mededingingsboete te krijgen. Het aannemingsbedrijf stelde dat het niet zo kan zijn dat (het voordeelontnemend gedeelte van) mededingingsboeten van de Europese Commissie wel aftrekbaar zijn en (het voordeelontnemend gedeelte van) boeten van de NMa niet. Het bouwbedrijf wees op eerdergenoemde uitspraak van Rechtbank Haarlem.
Het hof wees deze stelling af en sloot voor de motivering aan bij de conclusie van de Advocaat-Generaal (A-G) in de procedure voor de Hoge Raad. Daarin concludeerde de A-G dat NMa-boeten en Commissieboeten fiscaal gelijk behandeld moeten worden. Al bij de invoering van de aftrekuitsluiting van geldboeten had de wetgever uitdrukkelijk ook ‘geldboeten, opgelegd door een instelling van de Europese Gemeenschappen’ van aftrek uitgesloten zonder onderscheid te maken tussen een bestraffend en een voordeelontnemend deel van de geldboeten. De A-G was daarbij van mening dat eerdergenoemde uitspraak van Rechtbank Haarlem onjuist is. Het hof onderschreef deze opvatting en kwam tot het oordeel dat geen sprake was van een ongelijke behandeling.