De voorzieningenrechter (sector bestuursrecht) van de rechtbank in Den Haag heeft vandaag de afwijzing van aanvragen tot het verlenen van tewerkstellingsvergunningen (twv’s) voor Roemenen in de seizoensarbeid in de tuinbouw door het UWV geschorst.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Het betreft aanvragen door 16 werkgevers in de tuinbouw. Het UWV heeft deze aanvragen afgewezen. Tegen deze beslissing hebben de tuinbouwers bij het UWV bezwaarschriften ingediend. In afwachting van de beslissing op de bezwaarschriften hebben zij een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend bij de voorzieningenrechter in Den Haag.
De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de afwijzingen van het UWV worden geschorst tot zes weken nadat het UWV op de bezwaarschriften heeft beslist. Gedurende die periode mogen de Roemenen voor wie de vergunning was aangevraagd, bij de betreffende werkgevers seizoensarbeid verrichten.
Op grond van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) wordt een twv alleen verstrekt als geen voldoende en concreet ‘prioriteitgenietend aanbod’ (pga) aanwezig is. Dat wil zeggen aanbod van werknemers uit Nederland en de EU, met uitzondering van Roemenië en Bulgarije.
In deze zaak is in geschil of een dergelijk aanbod aanwezig is. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter dient het pga daadwerkelijk op de arbeidsmarkt beschikbaar te zijn. Dit betekent dat afwijzing van het verzoek om verlening van een twv alleen mogelijk is als sprake is van concreet pga voor de vervulling van de vacature die aan het verzoek om een twv ten grondslag ligt. Ook moet er volgens de voorzieningenrechter sprake zijn van aanbod dat enigszins bedrijfseconomisch verantwoord kan worden ingezet.
Omdat het UWV zijn centrale stelling dat sprake is van voldoende en concreet pga voornamelijk heeft onderbouwd door te verwijzen naar uitzendbureaus waarvan op geen enkele manier is gebleken dat zij daadwerkelijk over voldoende concreet aanbod beschikken en voorts naar een uitzendbureau dat € 1000 bemiddelingskosten per werknemer rekent, is de afwijzing van de aanvraag volgens de voorzieningenrechter niet voldoende gemotiveerd.
Vervolgens is de vraag aan de orde of de tuinbouwers hebben aangetoond voldoende inspanningen te hebben gepleegd om de vacatures te vervullen met pga dat wèl op de arbeidsmarkt beschikbaar is.
Het UWV en LTO Nederland hebben in april 2009 een stappenplan opgesteld waarin bepaald wordt welke wervingsinspanningen de tuinbouwers moeten verrichten voordat ze een twv kunnen aanvragen. Het UWV lijkt dit jaar meer concrete inspanningen te verwachten van de tuinbouwers, zonder dat dit tijdig kenbaar is gemaakt. Dit acht de voorzieningenrechter in strijd met het vertrouwensbeginsel. Voorts leidt het in theorie beschikbare pga naar het oordeel van de voorzieningenrechter nauwelijks tot invulling van concreet openstaande vacatures voor seizoensarbeid in de tuinbouw.
De voorzieningenrechter komt tot de conclusie dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat het oorspronkelijke besluit in de bezwaarschriftprocedure niet in stand zal kunnen blijven. Daarom heeft de voorzieningenrechter de afwijzing van de aanvragen tot het verlenen van de twv’s geschorst.