Het komt voor dat een procespartij onjuist wordt aangeduid in een dagvaardingsprocedure. Dit leidt echter niet zonder meer tot niet-ontvankelijkheid. Uit de jurisprudentie volgt dat indien er in redelijkheid geen misverstand kan bestaan over welke natuurlijke of rechtspersoon was bedoeld, de naam van de partij kan worden gerectificeerd.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Ook kan zich de situatie voordoen dat een rechtssubject wordt gedagvaard dat in het geheel niet bestaat, ook wel een spookpartij genoemd. Indien de gedaagde verweer voert tegen het niet bestaan van de eiser, heeft dit niet-ontvankelijkheid tot gevolg. Ditzelfde geldt voor een niet-bestaande gedaagde. De (rechts)persoon bij wie deze dagvaarding is terechtgekomen, zal het verweer voeren dat de gedaagde niet bestaat, hetgeen eveneens leidt tot niet-ontvankelijkheid van de eiser.
Op bovenstaande situaties dient een advocaat of een gemachtigde alert te zijn. Op grond van artikel 245 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering kan de rechter namelijk een eventuele kostenveroordeling tegen de advocaat of gemachtigde uitspreken. Dit wordt ook wel een ‘eigen beursje’ genoemd. Alvorens de rechter deze beslissing kan nemen, dient de advocaat of de gemachtigde wel eerst in de gelegenheid te worden gesteld om zijn standpunt ter zake naar voren te brengen en toe te lichten.
mr. Charlotte Mulder, Wieringa Advocaten