Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie tilt de aanpak van kindersekstoerisme naar een hoger niveau. In zijn meerjarig plan van aanpak gaat hij uit van drie actielijnen: preventie, strafrechtelijke aanpak en samenwerking tussen politie en justitie met ngo’s en andere landen. Daarnaast zet de bewindsman in de meest kwetsbare regio’s van de wereld voor kindersekstoerisme – Zuid-Oost-Azië en Zuid-Amerika – tijdelijk extra politieliaisons officers in.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Reizigers checken in op Schiphol.
Dat blijkt uit twee brieven die minister Opstelten vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd over de aanpak van kindersekstoerisme en over het liaisonbeleid van de politie. De Nederlandse overheid heeft als uitgangspunt dat alle kinderen beschermd moeten worden tegen seksueel geweld. Ook als het gaat om kinderen die in het buitenland wonen.
De afgelopen jaren heeft minister Opstelten in overleg met de Tweede Kamer de aanpak van kindersekstoerisme versterkt. In juli dit jaar is afgesproken met de Tweede Kamer de aanpak verder te intensiveren aan de hand van een meerjaren plan. Vervolgens hebben de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen (NRM) en Terre des Hommes de minister aanbevelingen gedaan om de aanpak van kindersekstoerisme verder te verbeteren. ,,We zijn er allen van overtuigd dat dit onrecht tegen kinderen met grote voortvarend moet worden aangepakt en dat de huidige aanpak nog verbeterd kan en moet worden’’, aldus de bewindsman.
In de eerste actielijn van het meerjaren plan wordt ingezet op preventieve maatregelen om te voorkomen dat Nederlanders die al eens zijn veroordeeld voor seksueel geweld tegen minderjarigen, opnieuw kunnen toeslaan. Zo wordt gestimuleerd in samenwerking met ngo’s dat werkgevers in het buitenland voor functies met kinderen gebruikmaken van de internationale verklaring omtrent het gedrag (VOG). Ook is de weigering of het laten vervallen van het paspoort van veroordeelde pedoseksuelen met een hoog recidiverisico opgenomen in het plan van aanpak. Verder is er aandacht voor veroordeelde zedendelinquenten in het wetsvoorstel langdurig toezicht.
De tweede actielijn gaat over versterking van de strafrechtelijke aanpak door politie en justitie. Er worden maatregelen genomen voor verbetering van de informatiepositie, de registratie van kindersekstoerismezaken en de ontwikkeling van een uniform werkproces bij politie en het Openbaar Ministerie. Zaken die zich in Nederland voordoen, worden in Nederland opgepakt. Bij zaken die in het buitenland spelen wordt de samenwerking gezocht met buitenlandse autoriteiten.
Daarnaast worden twee extra flexibel inzetbare politieliaisons tijdelijk ingezet voor de meest kwetsbare regio’s in de wereld voor kindersekstoerisme. Het betreft plaatsingen in de Filipijnen (twee jaar) en in Brazilië (een jaar) en deze tijdelijke liaisons zoeken de verbinding met de politieautoriteiten van de bestemmingslanden in hun gehele regio. Zij zullen in samenwerking met de vaste liaison officers een regionale aanpak ontwikkelen ten behoeve van de aanpak van kindersekstoerisme. Ook wordt voor de periode van een jaar een politieadviseur vrijgesteld die vanuit Nederland de samenwerkingsmogelijkheden zal verkennen en best practices zal uitwisselen met de politieautoriteiten van landen die evenals Nederland actief inzetten op de aanpak van kindersekstoerisme.
De derde actielijn gaat over het verder aangaan en verdiepen van samenwerking tussen politie, justitie en ngo’s op zowel nationaal als internationaal niveau. De komende tijd worden de mogelijkheden van samenwerking onder meer met behulp van een pilot met ngo’s verkend. Ook wordt gewerkt aan de meer algemene strafrechtelijke samenwerking met bronlanden van kindersekstoerisme.