De vrij forfaitaire bepaling van de waarde van geërfde verhuurde woningen -als percentage van de WOZ-waarde van die woningen- is niet in strijd met het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, in het bijzonder met het beginsel van ongestoord genot van het eigendom. Ook niet als de peildatum van de WOZ-waarde op 1 januari van aan het WOZ-tijdvak voorafgaande kalenderjaar ligt. Rechtbank Noord-Holland heeft onlangs in deze zin beslist. Sinds 1 januari 2012 kan een erfgenaam er voor kiezen om de waarde van een geërfde woning te baseren op de WOZ-waarde per 1 januari van het kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin de woning is verkregen. Hiermee kan worden voorkomen dat in het geval van dalende huizenprijzen een onevenredig groot verschil ontstaat tussen de WOZ-waarde en de werkelijke waarde van een woning vanwege het (mogelijke) verschil in waarde van de woning tussen de peildatum (1 januari) en de verkrijgingsdatum.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De vrij forfaitaire bepaling van de waarde van geërfde verhuurde woningen -als percentage van de WOZ-waarde van die woningen- is niet in strijd met het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, in het bijzonder met het beginsel van ongestoord genot van het eigendom. Rechtbank Noord-Holland heeft onlangs in deze zin beslist in een procedure waarbij een erfgenaam in 2010 onder meer verhuurde woningen erfde. De rechtbank was van oordeel dat de wetgever heeft gekozen voor een bepaling op basis van de WOZ-waarde ten behoeve van een eenvoudige en uniforme heffingssystematiek en dat de wetgever de hem toekomende ruime boordelingsmarge in wet- en regelgeving niet heeft overschreden.
De waarde voor de erfbelasting van een -geheel of gedeeltelijk- verhuurde woning wordt gesteld op een van de huurprijs afhankelijk percentage (60% – 85%) van de WOZ-waarde van de woning. Aan de hand van de WOZ-waarde en de jaarlijkse huursom wordt de marktwaarde van een verhuurde woning bij benadering bepaald door middel van een tabel.
Opmerking
In de onderhavige procedure zat de pijn in de peildatum van de WOZ-waarde voor de verhuurde woningen. De WOZ-waarde van woningen ligt in beginsel op 1 januari van het aan het WOZ-tijdvak voorafgaande kalenderjaar. Dat houdt in dat de peildatum tussen minimaal één en maximaal twee jaar voor de datum van erfrechtelijke verkrijging ligt. In een markt met dalende huizenprijzen is relatief verafgelegen peildatum dan ook nadelig voor de erfgenamen. Zij betalen erfbelasting over een deel van de waarde van de geërfde woningen die er inmiddels niet meer is. Daarom is met betrekking tot de WOZ-peildatum een wijziging gekomen.
Met ingang van 1 januari 2012 kan een erfgenaam er voor kiezen om de waarde van een geërfde woning te baseren op de WOZ-waarde van het kalenderjaar na de verkrijging van de woning. In het geval van dalende huizenprijzen kan hiermee worden voorkomen dat er een onevenredig groot verschil ontstaat tussen de WOZ-waarde en de werkelijke waarde van een woning vanwege het (mogelijke) verschil in waarde van de woning tussen de peildatum (1 januari) en de verkrijgingsdatum.
Rechtbank Noord-Holland, 2-12-2013, nr. 12/3936