De Eerste Kamer heeft ingestemd met het wetsvoorstel ter invoering van het studievoorschot. Met deze hervorming van de studiefinanciering speelt het kabinet, samen met de fracties van PvdA, VVD, D66 en GroenLinks, een bedrag oplopend tot meer dan €1 miljard vrij, dat wordt geïnvesteerd in het hoger onderwijs.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Volle collegezaal in Auditorium Technische Universiteit Eindhoven
Minister Bussemaker is verheugd met de uitslag: ,,Dit is een belangrijke stap op weg naar beter hoger onderwijs. Door middelen voor inkomensondersteuning van studenten te verschuiven naar onderwijs kunnen we investeren in bijvoorbeeld meer docenten, uitdagender colleges en intensiever onderwijs.”
,,Tegelijkertijd zorgen we ervoor dat het hoger onderwijs toegankelijk blijft, onder andere door de aanvullende beurs te verhogen. Het is het beste van twee werelden.”
Het studievoorschot bestaat vanaf september 2015 uit een beurs voor studenten van wie de ouders minder dan €46.000 verdienen, een lening en een collegegeldkrediet. De aanvullende beurs kan oplopen tot €365 per maand, voor studenten met ouders die minder dan €30.000 verdienen. Boven dat inkomen loopt het bedrag terug. Als ouders meerdere studerende kinderen hebben kunnen deze kinderen ook bij een hoger ouderlijk inkomen aanvullende beurs ontvangen.
De maximale lening is het bedrag dat studenten nu al kunnen lenen plus eventueel het bedrag van de huidige basisbeurs (voor uitwonenden). De basisbeurs voor alle studenten in het hoger onderwijs, ongeacht het inkomen van hun ouders, vervalt. De basisbeurs voor mbo-studenten blijft bestaan.
Lagere aflossing
De maximale afbetalingstermijn gaat van 15 naar 35 jaar. De maandlasten bij aflossing nemen hierdoor flink af, van maximaal 12% van het verzamelinkomen boven het bijstandsniveau nu naar 4% van het inkomen boven het minimumloon bij het studievoorschot. Eerder aflossen mag natuurlijk ook.
Het studentenreisrecht voor studenten in het hoger onderwijs blijft bestaan en wordt vanaf uiterlijk 2017 uitgebreid met mbo-studenten beneden de 18.
Ook krijgen studenten inspraak op de hoofdlijnen van de begroting van de hogeschool of universiteit waar zij studeren.
Nu de Eerste Kamer heeft ingestemd kunnen het ministerie van OCW en uitvoeringsorganisatie DUO voluit gaan met de voorlichting over het studievoorschot. ,,Dat heeft vanaf nu prioriteit'” aldus minister Bussemaker. ,,Veel aankomende studenten weten al dat dit op stapel staat maar dat geldt nog niet voor iedereen. We gaan de komende tijd de boer op om ervoor te zorgen dat iedereen een bewuste en goed voorbereide keuze kan maken.”