Justitie is bezig met de versoepeling van de regels voor besloten vennootschappen. De BV moet gebruiksvriendelijker worden en meer aansluiten bij de behoeften van ondernemers. Voorschriften die overbodige administratieve lasten veroorzaken, worden geschrapt.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Een deel van de BV-regels gaat over bescherming van schuldeisers van de BV. Daarvoor bestaat nu het stelsel van kapitaalbescherming. Kapitaalbescherming wordt echter bekritiseerd. Het zou zijn doel – de bescherming van crediteuren en aandeelhouders – maar gedeeltelijk bereiken en het brengt voor vennootschappen veel kosten mee. Dit was de aanleiding voor het onderzoek naar alternatieve systemen voor kapitaalbescherming dat in opdracht van het WODC van het ministerie van Justitie is uitgevoerd door drie onderzoekers van het Instituut voor Ondernemingsrecht te Groningen. Rechtsvergelijking onderzoek is verricht naar de rechtsstelsels van Delaware en Australië; daarnaast is de RMBCA onderzocht. Dit is een modelwet opgesteld door de American Bar Association, die op een groot aantal punten navolging heeft gevonden in diverse staten van de VS.
De resultaten van het onderzoek zullen worden betrokken bij het ontwerp voor de derde tranche versoepeling BV recht, dat gaat over crediteurenbescherming. Een voorontwerp wordt binnenkort op de website van het Ministerie van Justitie gepubliceerd voor commentaar. Het project versoepeling BV recht is te volgen op www.justitie.nl.
Inbreng
Op het gebied van het bijeenbrengen van het kapitaal bestaat in de drie onderzochte rechtsstelsels veel vrijheid voor ondernemers. Het is aan de bestuurders te beoordelen op welke wijze de werkzaamheden van de vennootschap gefinancierd dienen te worden en in welke mate stortingen op aandelen daaraan een bijdrage kan leveren. Vandaar dat er geen minimumkapitaalvereiste geldt. Ook is een inbreng van een recht op het verrichten van werk of diensten geoorloofd. Verder is niet voorgeschreven dat de vennootschap bij de waardering van een inbreng op aandelen onafhankelijke deskundigen inschakelt.
Uitkeringen aan aandeelhouders
In alle rechtsstelsels bestaan specifieke voorschriften ter bescherming van crediteuren bij het uitkeren van dividend. Een dividenduitkering brengt bijzondere risico’s voor de crediteuren mee. Crediteuren hebben er belang bij dat de vennootschap na de dividenduitkering over voldoende liquide middelen beschikt om haar schulden tijdig te voldoen. Gangbare testen in de onderzochte rechtsstelsels zijn de liquiditeitstest en de balanstest. Een eenvoudige balanstest betekent bijvoorbeeld dat de vennootschap vaststelt dat het eigen vermogen van de vennootschap door de dividenduitkering niet negatief wordt. Of aan deze voorwaarde wordt voldaan, moet worden beoordeeld aan de hand van de gegevens in de jaarrekening. Aanvullende bescherming geeft de voor te schrijven liquiditeitstest; een uitkering van dividend mag alleen plaatshebben indien duidelijk wordt dat ook nadien de crediteuren tijdig kunnen worden betaald. Toepassing van de liquiditeitstest moet voorkomen dat uitkeringen aan aandeelhouders worden gedaan die de liquiditeit van de vennootschap te zeer aantasten, zodat crediteuren worden benadeeld.
Afschaffing nominale waarde
Van het onderzoek maakt eveneens deel uit of moet worden overgegaan tot afschaffing van de nominale waarde van aandelen. Het begrip nominale waarde heeft volgens de onderzoekers geen normatieve waarde. Wel wordt de nominale waarde vaak gebruikt als maatstaf, bijvoorbeeld voor het bepalen van de rechten van aandeelhouders. Deze maatstaf kan echter vrij eenvoudig worden vervangen door andere maatstaven. Vandaar dat de onderzoekers de invoering van aandelen zonder nominale waarde aanbevelen.
Boschma, H.E., Lennarts, M.L., Schutte-Veenstra, J.N. (2005), Alternatieve systemen voor kapitaalbescherming, WODC, Den Haag, 2005
Volledige tekst
Samenvatting