De rechtbank Rotterdam heeft vandaag een 49-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 jaar voor brandstichting en belaging. De rechtbank acht bewezen dat de man in april en mei 2016 in Hellevoetsluis opzettelijk branden heeft gesticht waardoor hij personen en goederen ernstig in gevaar heeft gebracht. Ook viel hij zijn ex-vriendin en een kennis van haar een maand lang lastig met bedreigende, intimiderende sms-berichten en telefoontjes en besmeurde hij de auto van de kennis met purschuim.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Gebeurtenissen
De verdachte heeft zich in een periode van een maand schuldig gemaakt aan zes strafbare feiten: vier maal brandstichting en twee maal belaging. De verdachte kon niet verdragen dat zijn vriendin hun relatie had verbroken. Na de breuk probeerde hijĀ voortdurend haar liefde terug te winnen. Zijn obsessieve pogingen sloegen om in jaloers, controlerend gedrag en uiteindelijk in de bewezen verklaarde strafbare feiten.
Grote impact
Op 28 april 2016 stichtte de verdachte brand in de woning van de kennis. Op 10 mei 2016 aan zijn schuur. De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij doorging met het sturen van bedreigende berichten en telefoontjes, terwijl hij wist van een woningbrand op 20 mei 2016 waarbij de ouders van de kennis om het leven kwamen. De rechtbank noemt het ijzingwekkend gewetenloos dat de man op 24 mei 2016 opnieuw brand stichtte aan de woning van de zus van de kennis. De gevolgen van deze brand bleven beperkt doordat voorzorgsmaatregelen waren genomen. Tot slot stichtte de verdachte op 28 mei 2016 brand aan het huis van zijn ex-vriendin en haar drie kinderen. Deze schokkende gebeurtenissen zorgden voor veel angst en onveiligheid. Ze hebben een grote impact op de levens van de betrokkenen.
Houding van de verdachte
De rechtbank neemt het de verdachte zeer kwalijk dat hij op geen enkele manier verantwoordelijkheid voor zijn daden heeft genomen. Hij zweeg tijdens de politieverhoren en ontkende tijdens de zitting elke betrokkenheid. Hij weigerde mee te werken aan een psychologisch en psychiatrisch onderzoek in het Pieter Baan Centrum. De rechtbank kreeg daardoor onvoldoende zicht op zijn problemen. De houding van de verdachte maakt dat ernstig rekening moet worden gehouden met herhaling. De rechtbank acht daarom een lange onvoorwaardelijke celstraf noodzakelijk.