Een vrouw die haar ex-vriend uit noodweer in buik en arm stak is door Rechtbank Noord-Nederland daarvoor ontslagen van alle rechtsvervolging. Haar was primair poging tot doodslag ten laste gelegd en subsidiair mishandeling en verboden wapenbezit. Voor het verboden wapenbezit is ze wel veroordeeld.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Dreigende situatie
De vrouw en haar vriend kregen ruzie, waarbij een dreigende situatie ontstond.
De man ging volledig uit zijn dak. Hij stond woedend, met schuim op de mond, hard schreeuwend en scheldend en met opgeheven hand over de vrouw, die volgens een getuige als “een bang vogeltje” op de bank in elkaar gedoken zat, heen gebogen. Uit deze feiten en omstandigheden leidde de rechtbank af dat er sprake is geweest van een onmiddellijk dreigend gevaar dat de vrouw door hem zou worden aangevallen en dat zij geen reële mogelijkheid had om zich daaraan te onttrekken. Verdachte mocht zich dus verweren.
Uit deze feiten en omstandigheden leidt de rechtbank af dat er sprake is geweest van een noodweersituatie.
Noodweerexces
De rechtbank is echter wel van oordeel dat de verdachte in haar verdediging te ver is gegaan door haar ex-vriend vervolgens zonder waarschuwing met een mes te lijf te gaan. De rechtbank acht echter aannemelijk dat die disproportionele reactie het directe gevolg is van de heftige emoties die haar ex-vriend op dat moment bij haar opriep. Volgens de psycholoog was zij op dat moment onderhevig aan heftige emoties van angst en woede. Als gevolg van deze heftige emoties was er bij haar sprake van een impulsdoorbraak. De rechtbank heeft dan ook geoordeeld dat het beroep op noodweerexces terecht is en dat zij niet strafbaar is.
Oordeel rechtbank
Het primair ten laste gelegde, poging tot doodslag, is door de rechtbank als niet-bewezen beoordeeld, omdat er te weinig informatie bekend was over het steekwapen en de verwonding. Ze is daarvan dan ook vrijgesproken. Het eerst subsidiair ten laste gelegde, poging tot het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel, achtte de rechtbank wel bewezen. Door het geslaagde beroep op noodweerexces verklaarde de rechtbank de verdachte echter niet strafbaar en ontsloeg haar ten aanzien daarvan dan ook van alle rechtsvervolging. Voor het bezit van een flesje pepperspray werd de vrouw veroordeeld tot 3 dagen gevangenisstraf. Omdat ze al drie dagen in voorarrest had gezeten, hoefde ze niet terug naar de gevangenis