Een 19-jarige jongen krijgt – onder toepassing van het jeugdstrafrecht – een werkstraf van 30 uur en een voorwaardelijke jeugddetentie van 1 maand opgelegd. De rechtbank legt hem deze straf op voor het bedreigen van 3 personen, het vernielen van 2 auto’s en het verlaten van de plaats van een ongeval.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Doorrijden na botsing
De avond voor het incident had de jongen drugs gebruikt. Op de betreffende dag had hij last van rare geluiden en rare gedachten. Op dat moment waren in de woning 2 schilders aan het werk. Hij heeft met een schep op de motorkap van de auto van 1 van de schilders geslagen. Toen zijn moeder thuis kwam, heeft hij haar en de schilders bedreigd, waarbij hij de schep boven zijn hoofd hield. Vervolgens is de jongen in zijn auto achter één van de schilders aangereden. Dit heeft geleid tot een botsing en tot schade aan de auto van de schilder. De jongen is daarna doorgereden.
Voorwaardelijke celstraf met bijzondere voorwaarden
De rechtbank houdt er rekening mee dat verdachte in normale doen deze feiten niet gepleegd zou hebben. Zij vindt wel dat de jongen straf moet krijgen. Aan het voorwaardelijk strafdeel zijn bijzondere voorwaarden verbonden, waaronder behandeling en (ambulante) woonbegeleiding. De rechtbank volgt de strafeis van de officier van justitie.