De rechtbank in Den Haag heeft een voormalig medewerker van een AGF-bedrijf (aardappelen, groenten en fruit) en twee medeverdachten veroordeeld voor omkoping, valsheid in geschrift en gewoontewitwassen. De mannen zijn veroordeeld tot gevangenisstraffen van 6 maanden waarvan drie maanden voorwaardelijk. Ook legt de rechtbank hen een proeftijd op van 2 jaar en een werkstraf van 240 uur. Voor de derde verdachte is het voorwaardelijk deel van de straf langer. Ook heeft de rechtbank beslist tot ontneming van het wederrechtelijk voordeel.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Achtergrond
De voormalig medewerker van het bedrijf verkocht tomaten van aangesloten telers aan verschillende afnemers. Hij moest ervoor zorgen dat de telers een zo goed mogelijke prijs voor hun tomaten kregen. Eén afnemer was het bedrijf van de twee medeverdachten. Zij maakten via hun bedrijf maandelijks geldbedragen over naar het bedrijf dat de medewerker voor zichzelf had opgericht. Dat hij deze bedragen ontving heeft de medewerker niet gemeld aan zijn werkgever. Volgens de rechtbank is er onvoldoende bewijs dat de medewerker de afnemer heeft bevoordeeld door die klant een lagere prijs te laten betalen.
Straffen
Bij het opleggen van de straffen heeft de rechtbank onder meer rekening gehouden met drie factoren. De ernst van de feiten, de lange tijd die is verstreken tussen de aanhouding van de verdachten (2015) en de behandeling van de zaak, en het blanco strafblad van de verdachten.
De echtgenotes van twee van de verdachten, die ook waren gedagvaard, zijn vrijgesproken.