De rechtbank in Den Haag heeft deze week een 59-jarige man veroordeeld tot 15 jaar gevangenisstraf voor het doden van zijn zakenpartner, met wie hij 30 jaar heeft samengewerkt en bevriend was. De verdachte heeft het slachtoffer terwijl hij nietsvermoedend met een kop koffie in zijn hand de trap opliep, gewurgd en met een bijl de hersens ingeslagen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Voldoende bewijs
De man heeft ontkend, maar er is voldoende bewijs dat hij het slachtoffer om het leven heeft gebracht. Zo was hij op het moment van overlijden aanwezig op het kantoor en is op zijn kleding een bloedspattenpatroon aangetroffen dat past bij het uitoefenen van geweld in vloeibaar bloed. Ook heeft hij geen goede verklaring kunnen geven voor het bloed, zenuw- en spierweefsel van het slachtoffer dat op zijn kleding is aangetroffen.
Geen moord, wel doodslag
De rechtbank is het met de officier van justitie eens dat er onvoldoende bewijs is voor moord. Er kan niet met voldoende zekerheid worden vastgesteld wanneer de verdachte heeft besloten om het slachtoffer te doden en of hij tussen dat moment en het moment waarop hij het dodelijk letsel heeft toegebracht enige tijd heeft kunnen nadenken. Verdachte wordt hier dan ook voor vrijgesproken. Wel is doodslag bewezen.
Vrijspraak van verduistering
De rechtbank spreekt verdachte vrij van de verduistering van € 5.000,-. Voor verduistering is vereist dat de dader rechtmatig over het geld kon beschikken en dat hij zich dit vervolgens wederrechtelijk heeft toegeëigend. Er is echter reden te veronderstellen dat de verdachte het geld gestolen heeft. Dan kan niet over verduistering gesproken worden.