De Afdeling bestuursrechtspraak heeft recent (11 november 2020) een zogenoemde overzichtsuitspraak gedaan over de toepassing van het relativiteitsvereiste in het omgevingsrecht. Met de overzichtsuitspraak geeft de Afdeling bestuursrechtspraak meer duidelijkheid over de manier waarop zij het relativiteitsvereiste toepast in haar uitspraken over bijvoorbeeld bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Relativiteitsvereiste
Het relativiteitsvereiste staat in artikel 8:69a van de Algemene wet bestuursrecht. Het houdt kort gezegd in dat een appellant in een (hoger)beroepsprocedure alleen met succes een beroep kan doen op een norm, als deze norm bedoeld is om zijn of haar belangen te beschermen. Bij de toepassing van het relativiteitsvereiste gaat het om de relatie tussen het gestelde belang en het beschermingsbereik van de norm waarop een beroep wordt gedaan. De Afdeling bestuursrechtspraak behandelt in de uitspraak eerst de rechtspraak over de verschillende belangen die appellanten kunnen inroepen. Het mag bijvoorbeeld alleen gaan om een eigen belang, en niet dat van een ander of een algemeen belang. Vervolgens stelt de Afdeling bestuursrechtspraak haar rechtspraak over de verschillende normen in het omgevingsrecht aan de orde. Hierbij gaat zij in op de belangen die deze normen beogen te beschermen. Het gaat dan bijvoorbeeld om normen uit de Wet ruimtelijke ordening, de Wet natuurbescherming en de Wet geluidhinder.
Concrete zaak
In de overzichtsuitspraak wordt niet alleen de rechtspraak over het relativiteitsvereiste op een rijtje gezet; er wordt ook uitspraak gedaan in een concrete zaak. De zaak gaat over de bezwaren van een omwonende tegen het bestemmingsplan ‘Twiske Zuid II’ van de gemeente Amsterdam. Dat bestemmingsplan maakt 157 nieuwe woningen mogelijk op twee voormalige bedrijventerreinen in het noorden van Amsterdam. De omwonende vreest dat de toekomstige bewoners van de nieuwe woningen last zullen hebben van geluidhinder en verminderde luchtkwaliteit. Bij een aantal van de bezwaren komt het relativiteitsvereiste aan de orde.