De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) heeft op verzoek van het anti discriminatie bureau Tiel vandaag een oordeel uitgebracht over het gevoerde spreidingsbeleid op scholen in die gemeente. Drie schoolbesturen voor primair onderwijs voeren op basis van een convenant met de gemeente een spreidingsbeleid uit. Het convenant stelt dat een school leerlingen met een zogenaamde 1.9 onderwijsachterstandscore mag doorverwijzen naar een andere school, als de school het streefpercentage leerlingen met deze score heeft bereikt. Onder 1.9 leerlingen worden, kort gezegd, allochtone leerlingen met laagopgeleide ouders bedoeld. Het streefpercentage is afgeleid van de samenstelling van de wijk waarin de school staat. Scholen krijgen op basis van de zogenaamde gewichtenregeling extra financiële middelen voor leerlingen met een onderwijsachterstand.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Direct onderscheid op grond van ras De CGB oordeelde vandaag dat bovengenoemde spreidingsbeleid leidt tot direct onderscheid op grond van ras, wat verboden is in de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB). Er is sprake van direct onderscheid omdat bij de uitvoering van het beleid alle allochtone leerlingen als 1.9 leerlingen gekenmerkt worden. Er wordt nooit gevraagd naar het opleidingsniveau of beroep van de ouders. Als er wel werd gekeken naar de vermeende onderwijsachterstand van deze allochtone leerlingen, zou er sprake kunnen zijn van indirect onderscheid op grond van ras waar een rechtvaardiging voor aangevoerd kan worden. Dat was hier niet het geval. De CGB oordeelde al in 2001 (oordeel 2001-99) dat onderscheid naar etnische afkomst van leerlingen direct onderscheid op grond van ras oplevert. Direct onderscheid op grond van ras kan niet gerechtvaardigd worden en is verboden.
De gemeente en de schoolbesturen hebben aangevoerd dat er geen sprake is van enig onderscheid, omdat het beleid tweezijdig en vrijwillig is. In de praktijk blijkt er echter niets van vrijwilligheid, noch van tweezijdigheid. Doorverwijzingen zijn namelijk dwingend gesteld en richten zich nagenoeg uitsluitend tot allochtone leerlingen en hun ouders. De allochtone ouders moeten hierdoor regelmatig een basisschool buiten hun eigen woonwijk zoeken. In de praktijk worden zij vaak door de ene school naar de andere verwezen.
CGB geeft advies
Het doel dat de gemeente en schoolbesturen voor ogen hebben, is streven naar bevordering van integratie en het wegnemen van onderwijsachterstanden en taalachterstand. Dit zijn overigens volgens de CGB legitieme doelen. Het spreiden van allochtone leerlingen is daar echter niet vanzelfsprekend de beste weg voor en is bovendien verboden. Hoewel de schoolbesturen de CGB vroegen om in het oordeel aanbevelingen te doen, heeft de CGB besloten dit niet te doen. De minister van Onderwijs heeft advies gevraagd aan de Onderwijsraad over spreidingsbeleid in het onderwijs, met het verzoek de CGB daarbij te betrekken. De CGB bereidt op dit moment haar advies aan de Onderwijsraad voor. Medio mei 2005 zal de Onderwijsraad zijn advies sturen aan de minister van Onderwijs. De CGB hoopt dat het advies zal bijdragen om te komen tot landelijk beleid. Een beleid dat de integratie zal bevorderen en onderwijsachterstanden waaronder taalachterstand zal wegnemen, zonder dat dit in strijd is met de gelijkebehandelingswetgeving.
bron: persbericht CGB