De Hoge Raad heeft op 15 mei een aantal arresten gewezen over de aftrek van Nederlandse btw door niet in Nederland gevestigde reisbureaus (zowel reisbureaus die buiten de EU zijn gevestigd als reisbureaus die in andere EU-landen zijn gevestigd). De Hoge Raad heeft geoordeeld dat al deze reisbureaus recht hebben op teruggaaf van Nederlandse btw die aan hen voor hun diensten in rekening is gebracht. Hierbij valt te denken aan btw op hotelkosten, vervoerskosten en dergelijke. Btw op voedsel en drank die ter plaatse worden genuttigd is niet aftrekbaar. Het is zaak de btw over 2008 in elk geval (vóór 1 juli 2009) tijdig terug te vragen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De Europese Btw-richtlijn kent een specifieke regeling voor reisbureaus, waarbij deze worden geacht één dienst te verrichten die belastbaar is in het land waar zij zijn gevestigd. Reisbureaus hebben in beginsel geen recht op aftrek van de aan hen in rekening gebrachte btw, en hoeven alleen btw te betalen over hun marge (verkoopprijs van een reis minus aankoopprijs van de ingekochte onderdelen van deze reis). Nederland heeft deze bijzondere regels nooit in wetgeving omgezet, maar geregeld in een beleidsbesluit (de ‘reisbureauregeling’).
De Hoge Raad heeft op 15 mei jongstleden een aantal arresten gewezen over de aftrek van Nederlandse btw door niet in Nederland gevestigde reisbureaus die hier ook niet over een vaste inrichting beschikten. Het betrof reisbureaus die zowel binnen als buiten de EU waren gevestigd. De reisbureaus hadden van de inspecteur een afwijzende beschikking gekregen op hun verzoek om teruggaaf van Nederlandse btw die aan hen voor hun diensten in rekening was gebracht.
De Hoge Raad was van oordeel dat het recht op aftrek in beginsel elke ondernemer toekomt, ongeacht de plaats waar hij woont of is gevestigd, ongeacht de plaats waar hij zijn prestaties verricht of geacht wordt te verrichten, en ongeacht of omzetbelasting verschuldigd is waarop de in aftrek te brengen belasting in mindering kan worden gebracht.
De Hoge Raad constateerde dat Nederland de regeling voor reisbureaus uit de Europese Btw-richtlijn niet correct heeft geïmplementeerd. Dat kan de buitenlandse reisbureaus niet worden tegengeworpen. Als gevolg daarvan mogen deze reisbureaus de reisbureauregeling negeren en zich op de Nederlandse wettelijke regels beroepen. Deze regels stellen dat de reizen die worden verkocht door de in het buitenland gevestigde reisbureaus niet belast zijn met Nederlandse btw en dat deze reisbureaus recht hebben op aftrek van alle Nederlandse btw die aan hen in rekening is gebracht.
Naar het oordeel van de Hoge Raad hadden de reisbureaus recht op teruggaaf van Nederlandse btw die aan hen voor hun diensten in rekening is gebracht.
Opmerking
Buitenlandse reisbureaus kunnen alle btw die zij in 2008 in rekening gebracht hebben gekregen, terugvragen. Hierbij valt te denken aan btw op hotelkosten, vervoerskosten en dergelijke. Btw op voedsel en drank die ter plaatse worden genuttigd is niet aftrekbaar. Het verzoek hiertoe moet dan wel vóór 1 juli 2009 bij de Belastingdienst zijn ingediend. Voor de jaren vóór 2008 gaan wij ervan uit dat de
Belastingdienst de verzoeken zal afwijzen, tenzij voor deze jaren al verzoeken waren ingediend die nog niet zijn afgehandeld. De overige verzoeken over eerdere jaren kunnen formeel niet meer binnen de wettelijke termijn worden ingediend. De Belastingdienst zal deze
verzoeken waarschijnlijk dan ook niet in behandeling nemen.
