De rechtsvraag die aan de orde is betreft een groot aantal personen die met een Nederlands pensioen of uitkering wonen in een ander land van de Europese Unie. Deze gepensioneerden waren particulier verzekerd voor ziektekosten en betaalden alleen premie voor de door hen afgesloten verzekering.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Op grond van de per 1 januari 2006 in werking getreden Zorgverzekeringswet (Zvw) is een EG-verordening van toepassing geworden op deze groep gepensioneerden. Hierdoor hebben zij aanspraak gekregen op medische zorg in het woonland op grond van de wetgeving van dat woonland en voor rekening van Nederland. Om voor medische zorg in aanmerking te komen dienen betrokkenen zich aan te melden bij het College voor zorgverzekeringen (Cvz) en zich vervolgens in te schrijven bij het ziekenfonds van de woonplaats. Voor dit recht op zorg wordt een bijdrage ingehouden op het Nederlandse pensioen. De (Nederlandse) particuliere ziektekostenverzekering van betrokkenen is met ingang van 1 januari 2006 vervallen.
Veel gepensioneerden hebben zich niet of onder protest ingeschreven bij het plaatselijke ziekenfonds omdat zij niet van de geboden zorgverstrekkingen gebruik willen maken. Zij stellen een keuzerecht te hebben om zich in te schrijven bij het plaatselijke ziekenfonds dan wel zelf een ziektekostenverzekering af te sluiten. Als zij zich niet inschrijven bij het plaatselijke ziekenfonds, dan maken zij geen gebruik van de geboden zorg in het woonland en mag volgens hen Nederland ook geen bijdrage heffen.
Cvz stelt dat op grond van de toepasselijke EG-verordening het recht op zorg in het woonland niet afhankelijk is van de inschrijving bij het plaatselijke ziekenfonds. Ook bij niet inschrijving is Nederland gerechtigd een bijdrage in te houden op het pensioen. Cvz beroept zich hierbij op de solidariteitsgedachte binnen een sociaal verzekeringsstelsel.
Naar het oordeel van de Centrale Raad van Beroep is niet volstrekt duidelijk hoe de EG-verordening moet worden uitgelegd. Aan het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen worden daarom enkele prejudiciële vragen gesteld.
De Centrale Raad van Beroep vraagt bij verzoek van 26 augustus 2009 (LJN: BJ5891) het Hof of het in strijd is met de EG-verordening dat aan betrokkenen de verplichting wordt opgelegd zich aan te melden bij Cvz en dat van deze betrokkenen een bijdrage wordt ingehouden op hun pensioen, ook als zij zich niet hebben ingeschreven bij het ziekenfonds van de woonplaats,.
Vervolgens vraagt de Raad of deze verplichte aanmelding en het inhouden van die bijdrage een belemmering vormen van het vrij verkeer van werknemers en/of burgers van de Unie, als bedoeld in het EG-Verdrag.
In afwachting van het antwoord van het Hof houdt de Raad de behandeling van deze gedingen aan.