De Raad van State heeft 23 maart het hoger beroep van een Amsterdamse woningstichting tegen een beslissing van de rechtbank Amsterdam van 7 mei 2004 gegrond verklaard.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De woningstichting maakte bezwaar tegen de verlening van een vergunning en een gedoogverklaring voor een coffeeshop op de benedenverdieping van een pand dat haar eigendom is. Het bezwaar hield in dat de inrichting niet aan brandveiligheidsvoorschriften voldoet, al geruime tijd overlast veroorzaakt en gevaar oplevert voor de openbare orde en veiligheid.
De burgemeester van Amsterdam en de rechtbank verklaarden de woningstichting niet ontvankelijk omdat de stichting geen belanghebbende zou zijn.
In hoger beroep heeft de Raad van State nu geoordeeld dat de woningstichting wèl een rechtstreeks belang heeft. De verdiepingen van het pand die boven de coffeeshop zijn gelegen en die eveneens eigendom van de stichting zijn, kunnen door de aanwezigheid van de coffeeshop minder goed verhuurd kunnen worden. Hierdoor wordt de waarde van het pand in negatieve zin beïnvloed. Dat er een huurovereenkomst is tussen de coffeeshophouder en de woningstichting doet aan dat belang niet af.
Uitspraak, Raad van State, LJ-Nummer: AT1987, Zaaknr: 200405028/1