DSB Bank is failliet. Wat betekent dit voor de diverse belanghebbenden? Hieronder een overzicht.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
-Faillissement: is in feite een beslag op het hele vermogen van het failliete bedrijf, in dit geval bank, ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers.
-Spaarrekeninghouders: vallen onder het depositogarantiestelsel van De Nederlandsche Bank (DNB). Dit houdt in dat de eerste 100.000 euro is gegarandeerd.
Betaalrekening
-Betaalrekeninghouders: vallen ook onder het garantiestelsel. De garantie geldt overigens per persoon, niet per rekening. Als een andere partij de boedel niet overneemt, zullen rekeninghouders naar een andere bank moeten om een nieuwe rekening te openen.
-Achtergestelde deposito’s: vallen niet onder de garantie.
-Hypotheken: de hypotheekschulden blijven bestaan. Die komen in de boeken van de failliete bank te staan onder bezittingen. De curator zal deze aan andere partijen verkopen.
Schuldeiser
-Schuldeisers: voor spaartegoeden die de garantie van 100.000 euro te boven gaan en zogeheten achtergestelde deposito`s zullen de spaarders zich moeten aanmelden als schuldeiser bij de curator. Of zij nog iets terugzien van deze tegoeden is nog maar de vraag. Zij sluiten achteraan in de rij van gewone schuldeisers.
-Bevoorrechte schuldeisers: Die kunnen hun vorderingen bij voorrang verhalen op de opbrengst van de failliete bank. Dit zijn bijvoorbeeld de fiscus en de werknemers die nog recht hebben op achterstallig loon.
Maar ook boedelschulden, bekend als de faillissementskosten, zijn bevoorrecht. Dit zijn bijvoorbeeld kosten die de curator maakt (salariskosten van de curator, taxatiekosten in verband met de boedelbeschrijving, kosten van advertenties waarbij de faillietverklaring is aangekondigd).
Laatste
-Concurrente schuldeisers: kunnen zich niet op een voorrangsrecht beroepen en komen als laatste aan de beurt bij de verdeling van de opbrengsten uit de failliete boedel, zoals de normale handelscrediteuren en alle overige schuldeisers.
In de praktijk blijkt de opbrengst meestal zo gering dat alleen bevoorrechte schuldeisers nog iets krijgen en de andere gewone schuldeisers naar hun centen kunnen fluiten.
-Aandeelhouders: voor de aandeelhouder(s) verandert er door het faillissement niets, zij blijven aandeelhouder van een failliete onderneming. Veelal betekent een faillissement dat de aandelen niets meer waard zijn. Als na volledige betaling aan alle schuldeisers toch nog iets overblijft, gaat het overschot terug naar de vennootschap en dus de aandeelhouders.