Het bouwen van een reststoffenergiecentrale (“de afvaloven”) door Omrin is niet onrechtmatig jegens de Stichting Afvaloven Nee en een aantal omwonenden van de bouwlocatie. Het enkele feit dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State onlangs de milieuvergunning heeft vernietigd, is op dit moment onvoldoende om Omrin langs civielrechtelijke weg een bouwstop op te leggen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Dat heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Leeuwarden beslist in een kort geding, dat was aangespannen door de stichting en vijf omwonenden. Deze partijen wilden dat de rechter Omrin zou opdragen om de bouwwerkzaamheden met onmiddellijke ingang te staken.
Volgens de voorzieningenrechter hebben de eisende partijen terecht gesteld dat Omrin op dit moment zonder milieuvergunning doorgaat met het “oprichten” van de afvaloven. Dit is echter niet genoeg voor onrechtmatigheid. Dat zou pas het geval zijn als Omrin ook niet aan de milieu-eisen zou voldoen die in een milieuvergunning moeten worden opgenomen.
Het doel van de milieu-eisen waaraan Omrin moet voldoen is dat het milieu wordt beschermd op het moment dat de afvaloven in bedrijf is. In de huidige bouwfase gaat het er alleen om of de afvaloven op zo’n manier wordt gebouwd, dat op termijn aan deze eisen kan worden voldaan. De voorzieningenrechter vindt daarom dat het belang van de stichting bij het stilleggen van de bouwwerkzaamheden op dit moment nogal beperkt is. Verder is zij van oordeel dat, gelet op de uitspraak van de Raad van State, op dit moment niet vast staat dat een (nieuwe) milieuvergunning uiteindelijk niet kan worden verleend. Omrin handelt daarom niet onrechtmatig door verder te gaan met de bouw van de afvaloven.
Verder heeft de voorzieningenrechter meegewogen dat gedeputeerde staten op de website van de provincie Fryslân al hebben aangekondigd dat zij handhavend zullen optreden als Omrin doorgaat met bouwen. Een besluit hierover valt binnenkort te verwachten. De kans bestaat daarom dat gedeputeerde staten al binnen enkele weken Omrin zullen bevelen om de bouw te staken.
Gedeputeerde staten zullen bij het nemen van hun besluit om al dan niet tegen Omrin op te treden, moeten betrekken of er concreet zicht is op het wegnemen van de gebreken, die de Raad van State bij de milieuvergunning heeft vastgesteld. Als dat het geval is, bestaat de kans dat gedeputeerde staten toestaan dat Omrin in afwachting van een nieuwe milieuvergunning door mag gaan met bouwen. Gelet op de grote belangen van Omrin en het beperkte belang van de eisers vindt de voorzieningenrechter dat Omrin deze op korte termijn te verwachten besluitvorming hoe dan ook mag afwachten.
