De curator in het faillissement van Drafcentrum Wolvega B.V., de eigenaar van drafbaan ‘Lindetrek’ te Wolvega, heeft in kort geding ontruiming van de drafbaan en betaling van achterstallige huurpenningen gevorderd van de huurder van deze drafbaan, Drafbaan Wolvega B.V. De voorzieningenrechter van de rechtbank Leeuwarden heeft de vordering in zijn uitspraak van 24 februari jongstleden afgewezen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Drafbaan Wolvega B.V. is huurder en gebruiker van een drafbaan in Wolvega. De drafbaan wordt door haar van de inmiddels gefailleerde onderneming Drafcentrum Wolvega B.V. gehuurd. De huurpenningen die Drafbaan Wolvega B.V. dient te voldoen worden door de Stichting Nederlandse Draf- en rensport (hierna: “de Stichting”) rechtstreeks aan de verhuurder voldaan in de vorm van een exploitatievergoeding. Aan de Stichting is surseance van betaling verleend waardoor de exploitatievergoeding vooralsnog niet aan Drafcentrum Wolvega B.V. kon worden voldaan.
De curator in het faillissement van Drafcentrum Wolvega B.V. vordert ontruiming van de drafbaan en betaling van de achterstallige huurpenningen over heel 2009. Hij stelt zich op het standpunt dat de surseance van betaling van de Stichting niet kan afdoen aan de betalingsverplichting van Drafbaan Wolvega B.V.
Het geval wil dat de twee (middelijke) bestuurders van verhuurder Drafcentrum Wolvega B.V. tevens bestuurders zijn van de Stichting die de huurpenningen voldoet.
De voorzieningenrechter stelt vast dat de bestuurders van de Stichting, X en Y, surseance van betaling van de Stichting hebben aangevraagd waardoor zij haar jaarlijkse toezegging aan Drafbaan Wolvega B.V. om voor haar de huur van de drafbaan te voldoen, niet gestand kon doen, terwijl anderzijds de verhuurder, waarin X en Y middelijk bestuurder zijn, aanspraak heeft gemaakt op betaling van die huur. Nu Drafbaan Wolvega B.V. voor de betaling van de huur afhankelijk is van de betaling van de Stichting heeft dit tot gevolg dat zij niet langer aan haar huurverplichtingen kan voldoen en de exploitatie van de drafbaan zou moeten staken.
Volgens de voorzieningenrechter kan dan ook niet worden uitgesloten dat de twee (middellijk) bestuurders hun dubbele positie als bestuurders van enerzijds de Stichting en middellijk bestuurders van anderzijds Drafcentrum Wolvega B.V., hebben gebruikt om te voorkomen dat een andere drafbaan, “Drafbaan Duindigt” te Wassenaar, executoriaal zou worden verkocht.
Ook is volgens de voorzieningenrechter niet uitgesloten dat de curator met het instellen van de hiervoor vermelde vorderingen hiervan heeft geprofiteerd, temeer nu hij een dubbele positie vervult als bewindvoerder van zowel de Stichting als curator van Drafcentrum Wolvega B.V.
Omdat dit nader moet worden onderzocht en een kort geding procedure zich daar niet voor leent, heeft de voorzieningenrechter de vorderingen van de curator afgewezen.
mr. Lucinda van den Broek, BANNING Advocaten