Als het aan de minister en staatssecretaris van Veiligheid en Justitie ligt, kunnen rechters in de toekomst al tijdens het vooronderzoek maatregelen opleggen aan verdachten. Ook als voor het delict geen voorlopige hechtenis is toegestaan, kan de rechter verdachten verplichten begeleiding te aanvaarden of hun bewegingsvrijheid beperken. Wie de opgelegde maatregel overtreedt, kan in hechtenis worden genomen. Dat staat in een brief die 8 februari naar het parlement is gestuurd.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Ongestoord
Rechters kunnen verdachten van relatief lichte delicten nu nergens toe verplichten zolang ze niet zijn veroordeeld. De bewindslieden willen daar verandering in brengen om te voorkomen dat bijvoorbeeld overlastgevende jeugdgroepen en families die veel lichte delicten plegen ongestoord door kunnen gaan tot aan het vonnis. Door het gedrag van de vermeende daders met begeleiding te beïnvloeden, hopen Opstelten en Teeven herhaling te voorkomen. Maatregelen als een gebiedsverbod zouden slachtoffers moeten beschermen.
Onderzoek
Vrijheidsbeperkende maatregelen zonder een voorafgaande veroordeling staan op gespannen voet met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het ministerie komt echter op basis van onderzoek door de Erasmus Universiteit Rotterdam tot de conclusie dat aanpassing van het strafrecht mogelijk is. Andere Europese landen kennen dergelijke maatregelen ook.
Uitbreiding
Het plan behelst verder een snellere afhandeling van strafzaken en uitbreiding van de straffen die de rechter bij een veroordeling kan opleggen. Gedacht wordt onder meer aan een reisverbod naar bepaalde bestemmingen (bijvoorbeeld voor drugs- of kindersekstoeristen) en een verbod op bepaalde activiteiten, zoals vrijwilligerswerk met kinderen.
