Enkele minderheidsaandeelhouders van KLM hebben de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam verzocht om een onderzoek naar het dividendbeleid van KLM. Dit verzoek is op 9 januari 2014 toegewezen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Eisen van zorgvuldigheid
Bij de beoordeling staat voorop dat het dividendbeleid van KLM, dat feitelijk wordt bepaald door Air France-KLM als prioriteitsaandeelhouder, dient te voldoen aan eisen van zorgvuldigheid jegens de minderheidsaandeelhouders KLM. Het resultaat van de besluitvorming mag niet kennelijk onredelijk zijn. Ook dient de wijze van totstandkoming van de besluiten zorgvuldig te zijn. In het bijzonder moet het statutair voorgeschreven overleg tussen Air France-KLM en de directie en de raad van commissarissen van KLM ernstig worden genomen. Verder moet voor de minderheidsaandeelhouders in voldoende mate kenbaar zijn hoe en aan de hand van welke criteria die besluitvorming plaatsvindt. Het in de afgelopen jaren door KLM uitgekeerde dividend rechtvaardigt het vermoeden dat het dividendbeleid erop gericht was het dividend van KLM te koppelen aan het dividend van Air France-KLM. Een toereikende reden voor deze koppeling is echter niet aangevoerd en ligt ook niet voor de hand. Het bestuur en de raad van commissarissen van KLM hebben in de aandeelhoudersvergaderingen niet concreet geantwoord op de vragen over het dividendbeleid. Ook bestaat er onduidelijkheid over het in de statuten voorgeschreven overleg tussen het bestuur en de raad van commissarissen van enerzijds KLM en anderzijds Air France.
Onderzoek naar dividendbeleid
Onder deze omstandigheden moet ernstig worden betwijfeld of KLM bij de besluitvorming omtrent de winstreserveringen, gedurende een reeks van jaren, de vereiste zorgvuldigheid jegens haar minderheidsaandeelhouders in acht heeft genomen. De Ondernemingskamer gelast daarom een onderzoek naar het dividendbeleid van KLM over de boekjaren 2004 tot en met 2008 en het boekjaar 2010/2011. Het onderzoek is ook gericht op de wijze waarop de vergadering van prioriteitsaandeelhouders, de raad van bestuur en de raad van commissarissen gestalte hebben gegeven aan het statutair voorgeschreven overleg voorafgaande aan de besluiten over winstbestemming door de prioriteit.
ECLI:NL:GHAMS:2014:6