Vordering staking subsidieverlening afgewezen
Met ingang 1 april 2017 is een subsidieregeling in werking getreden, op grond waarvan de Nederlandse academische ziekenhuizen die NIPT’s afnemen aanspraak kunnen maken op subsidie van de Staat. Door deze subsidieregeling kunnen zwangere vrouwen de NIPT voor € 175,= laten afnemen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
NIP test
De NIPT (Niet Invasieve Prenatale Test) is een test waarbij het bloed van de moeder wordt gebruikt om in het laboratorium te testen of het ongeboren kind een ernstige aandoening heeft.
Gendia, een Belgisch bedrijf dat deze test ook aanbiedt aan Nederlandse zwangere vrouwen (voor een marktprijs van € 590,=-), komt niet in aanmerking voor deze subsidie en heeft in kort geding gevorderd dat de subsidieverlening wordt gestaakt. De Haagse voorzieningenrechter wijst deze vordering af.
Waarom een kort geding over de subsidieregeling
Gendia heeft het kort geding aangespannen omdat zij nadeel ondervindt door de subsidieregeling. Nederlandse vrouwen kunnen nu in Nederland een goedkopere test laten afnemen dan de test van Gendia. De subsidieregeling is volgens Gendia in strijd met Europese regelgeving over staatssteun.
De subsidie is inderdaad staatssteun en deze is op grond van Europese regelgeving niet altijd toegestaan. Op grond van diezelfde regelgeving kan staatssteun in bepaalde situaties wel toelaatbaar zijn. Dat is hier volgens de voorzieningenrechter het geval.
Waarom is staatssteun hier wel toelaatbaar
Op grond van een besluit van de Europese Commissie valt staatssteun buiten het staatssteunverbod, als aan bepaalde voorwaarden is voldaan, mits de staatssteun wordt verleend voor een zogenaamde dienst van algemeen economisch belang. De Staat heeft de NIPT aangewezen als zo’n dienst van algemeen economisch belang, terwijl aan de voorwaarden van het toepasselijke besluit van de Europese Commissie is voldaan. Het algemeen belang van de NIPT is volgens de Staat dat voor zwangere vrouwen gelijke toegang moet zijn tot prenatale screening en dat er gelijke keuzevrijheid moet zijn tussen de twee beschikbare prenatale tests (de combinatietest (die € 168,= kost) en de NIPT). Dit standpunt van de Staat wordt ook ondersteund door een advies van de Gezondheidsraad. De voorzieningenrechter volgt het standpunt van de Staat. De Staat heeft een ruime beoordelingsvrijheid om te bepalen of een bepaalde dienst een dienst van algemeen economisch belang is. De voorzieningenrechter dient de aanwijzing van de NIPT als dienst van algemeen economisch belang daarom terughoudend te toetsen.