De burgerlijke rechter in kort geding mocht zich richten naar de beslissing van de strafrechter om de namen van de agenten die betrokken waren bij de aanhouding van Mitch Henriquez niet openbaar te maken. Deze uitspraak moet daarom in stand blijven. Dat adviseert plv. procureur-generaal Langemeijer de Hoge Raad in zijn conclusie die vandaag is gepubliceerd.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Mitch Henriquez werd tijdens een muziekfestival in Den Haag aangehouden door vijf politieagenten. Hij overleed een dag later. Het OM vervolgde twee van de vijf agenten. De strafrechter besliste in de strafrechtelijke procedure om de namen van de agenten niet openbaar te maken, ook niet voor de nabestaanden en hun advocaat. Daarop spanden de nabestaanden een kort geding aan tegen de Staat. Zij vorderden dat de Staat de namen van de agenten – in weerwil van de beslissing van de strafrechter – alsnog bekend zou maken. De kort gedingrechter wees de vordering af omdat de rechtbank in de strafprocedure al afwijzend had beslist op hetzelfde verzoek van de nabestaanden. Ook het Hof wees in hoger beroep de vordering af. Tegen deze beslissing werd beroep in cassatie ingesteld.
De advocaat-generaal schrijft in zijn conclusie dat het Hof toepassing heeft gegeven aan de aloude regel dat de rechter in kort geding zich richt naar de beslissing van de rechter in de bodemprocedure, in deze zaak de strafrechter over de wijze van behandeling van de strafzaak tegen de twee agenten die bij de aanhouding van Henriquez waren betrokken. Hij adviseert de Hoge Raad dan ook het arrest van het Hof in stand te laten.
Het is nog niet bekend wanneer de Hoge Raad uitspraak doet in deze zaak.
De conclusie van de plv. procureur-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat al dan niet te volgen.