Celstraf voor dodelijk ongeval op kruising in ‘s-Hertogenbosch

De rechtbank Oost-Brabant heeft een 38-jarige man uit ’s-Hertogenbosch veroordeeld voor dood door schuld in het verkeer en het verlaten van de plaats van het ongeval. Hij krijgt een gevangenisstraf van 8 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, en een rijontzegging van 2 jaar.

De verdachte reed in de nacht van 1 op 2 december jl. met zijn auto op de Balkweg in ’s-Hertogenbosch en sorteerde bij een kruising voor om rechtsaf de Bruistensingel in te slaan. Toen het verkeerslicht voor rechtsaf op groen sprong, stak hij echter recht over terwijl het licht voor die richting nog op rood stond. Aan de overkant stak datzelfde moment een 17-jarige fietser de kruising over. De verdachte raakte haar met zijn auto. Het meisje overleed later in het ziekenhuis aan haar verwondingen.

Volgens de rechtbank heeft de verdachte zeer onvoorzichtig en onoplettend gereden. Hij negeerde een rood verkeerslicht en gaf het meisje geen voorrang. Bovendien zat hij niet op te letten, want ondanks dat het nacht was, had hij door de verlichting op de kruising goed zicht en had hij het meisje over een afstand van 50 meter kunnen en moeten zien.

De verdachte maakte zich daarnaast schuldig aan het verlaten van de plaats van het ongeval. Hij reed eerst een stukje door, keerde vervolgens terug en stapte uit. De verdachte sprak met een omstander, zag het slachtoffer op straat liggen en reed echter weg nadat hij van de omstander hoorde dat het alarmnummer was gebeld. Pas op het moment dat hij bij zijn moeders huis op een parkeerplaats stond, kwam de verdachte naar eigen zeggen bij zinnen. De rechtbank rekent het hem zwaar aan dat hij toen niet alsnog naar de politie ging. In plaats daarvan pakte hij een aantal glazen alcohol en ging slapen. Dit, terwijl de naasten van het slachtoffer in het ziekenhuis waren en vreesden voor haar leven.

De rechtbank kan niet vaststellen dat de verdachte op het moment van het ongeval zo onder invloed van alcohol of cannabis was dat dit zijn rijvaardigheid verminderde. Nu daarvoor geen bewijs is, kan de rechtbank – zoals ook de officier van justitie eiste – niet anders dan de verdachte op dit punt vrijspreken.

Onomkeerbaar leed
De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij de nabestaanden een onomkeerbaar leed toebracht. De rechtbank realiseert zich dat geen enkele straf dat leed en de leegte die het slachtoffer achterlaat zal kunnen verzachten. Verder weegt de rechtbank mee dat de verdachte beseft hoe groot het verlies is dat de nabestaanden door zijn schuld moeten dragen.
De rechtbank gaat als vertrekpunt bij het bepalen van de straf uit van een celstraf van 8 maanden. Ondanks de ernstige verkeersovertredingen en de gevolgen daarvan kan niet worden gesteld dat de verdachte bewust asociaal rijgedrag vertoonde. Dat zou anders zijn als sprake was van bijvoorbeeld overschrijding van de maximumsnelheid of bumperkleven. Gelet daarop en om de verdachte ervan te weerhouden opnieuw de fout in te gaan, legt de rechtbank een deel van de straf voorwaardelijk op. Daarnaast mag de verdachte 2 jaar geen motorvoertuigen besturen.