De werkgever houdt in principe loonbelasting en premies volksverzekering in op het loon van de werknemer die deze loonheffing verschuldigd is. Sinds 1 januari 2007 moet een werkgever bovendien de verschuldigde loonheffingen voor zijn rekening nemen voor geschenken die de werkgever aan werknemers (of relaties) geeft.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De regeling stelt het maximum bedrag waar eindheffing op wordt toegepast op € 70,- per kerstpakket per jaar. Het eindheffingstarief in de loonbelasting bedraagt 20 procent. Op deze wijze wordt een kerstpakket dat de werknemer van de werkgever krijgt, niet bij de werknemer belast, maar tegen een aangepast tarief in rekening bij de werkgever gebracht.
Het gaat hier dus om een andere wijze van heffen van de verschuldigde loonbelasting en premies volksverzekeringen, doordat de werkgever over de kosten van het geschenk eindheffing verschuldigd is. De eindheffing heeft alleen betrekking op loonbelasting en op de premies volksverzekeringen. Over het geschenk worden dus geen premies werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet geheven.
Wanneer een werkgever de eindheffing toepast, moet hij dat altijd meedelen aan de ontvanger van het geschenk of de verstrekking. Dat kan de werkgever doen via een lumpsumafspraak met de belastingdienst. Ook moet worden vastgelegd wie de ontvanger is. De werkgever moet de eindheffing op hetzelfde moment aangeven en betalen als de loonheffingen, namelijk per aangiftetijdvak.
Maximale waarde
Over geschenken in natura aan werknemers, zoals een kerstpakket, mag een werkgever 20 procent eindheffing toepassen, voor zover de waarde in het economische verkeer niet meer is dan € 70 per kalenderjaar. Indien de waarde van de geschenken meer is dan € 70 per kalenderjaar, kan de werkgever voor het meerdere eindheffing toepassen tegen het gebruteerde tabeltarief, voor zover de waarde in het economische verkeer maximaal € 136 per verstrekking is en in totaal maximaal € 272 per jaar. Voor de gebruteerde eindheffingspercentages wordt verwezen naar de website van de belastingdienst.
De werkgever kan natuurlijk ook een geschenk geven aan niet-werknemers (zakelijke relaties of uitzendkrachten). Zo’n relatiegeschenk vormt voor hen ook inkomsten waarover zij belasting verschuldigd zijn. De werkgever kan er ook in dat geval voor kiezen om de verschuldigde belasting voor zijn rekening te nemen door eindheffing over de geschenken toe te passen. Dit is echter alleen toegestaan als werknemers hetzelfde geschenk krijgen waarbij ook eindheffing wordt toegepast.
De eindheffingstarieven gelden wanneer de waarde in het economische verkeer maximaal € 136 per verstrekking is en in totaal maximaal € 272 per jaar. Wanneer de waarde per geschenk niet meer dan € 136 bedraagt en de totale waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 272 per persoon per jaar, past werkgever 45 procent eindheffing toe. Heeft het geschenk een waarde van meer dan € 136 en de totale waarde bedraagt niet meer dan € 272 per persoon per jaar dan geldt 75 procent eindheffing over de gehele waarde. Wanneer een werkgever de belasting niet voor zijn rekening neemt, moet de niet-werknemer het geschenk zelf aangeven bij de belastingdienst.
Bruto Toegevoegde Waarde
Een werkgever kan naast de eindheffing te maken krijgen met het Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting. In dit besluit zijn regels opgenomen die het recht op aftrek van voorbelasting beperken. Door middel van de aftrek voorbelasting kan de werkgever de betaalde BTW terugkrijgen van de belastingdienst. Doorgaans gebeurt dit door verrekening met de door hem ingehouden BTW, die hij aan de belastingdienst moet afdragen.
De werkgever trekt de BTW die andere ondernemers hem op de factuur in rekening brengen voor leveringen en diensten als voorbelasting af. Werkgever trekt deze af van de BTW die hij over zijn eigen omzet aan de Belastingdienst verschuldigd is.Wanneer de terug te ontvangen BTW echter hoger uitvalt dan de af te dragen BTW, dan keert de belastingdienst dit verschil daadwerkelijk uit.
In het besluit gaat het om een beperking van de aftrek van voorbelasting op voorzieningen die de werkgever verstrekt aan het personeel, zoals het verstrekken van een kerstpakket en het geven van een personeelsfeest. Zodra een werkgever per jaar per individuele werknemer meer dan € 227 exclusief BTW aan goederen en/of diensten verstrekt, is de BTW daarop niet meer aftrekbaar.
Einde sluiproute
Een aantal werkgevers is in het verleden creatief omgegaan met het verstrekken van kerstpakketten. Werkgevers dachten dat er geen loonheffing betaald hoefde te worden wanneer de kerstpakketten worden verstrekt door de personeelsvereniging.
Een uitspraak van de Hoge Raad van 23 maart 2007 legt deze inventiviteit aan banden. Wanneer een personeelsvereniging voor meer dan 50 procent gefinancierd wordt door de werkgever én de werkgever bekend is met het feit dat de personeelsvereniging van zijn geld kerstpakketten verstrekt, dan wordt het kerstpakket gezien als loon uit dienstbetrekking. Het kerstpakket wordt dan als het ware in opdracht en voor rekening van de werkgever verstrekt. In dat geval moet de werkgever dus de bovengenoemde eindheffingsregeling wel toepassen.
Oplettendheid is dus geboden, want bij het weggeven van geschenken aan werknemers en niet-werknemers moet u zich houden aan een aantal belastingregels. Een goed advies voorkomt onnodige rompslomp!
mr. Jannemijn Strengers