De Centrale Raad van Beroep stelt vast dat er sprake is van een bijzonder gevallen waarin strikte toepassing van een wettelijk voorschrift van dwingendrechtelijke aard in die mate in strijd is met het ongeschreven recht dat zij op grond daarvan geen rechtsplicht meer kan zijn. Daartoe heeft de Raad allereerst in aanmerking genomen dat hier kennelijk sprake is van een onbedoeld effect in het overgangsrecht bij het vervallen van de Regeling ziektekostenvoorziening rijkspersoneel.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Daarbij acht de Raad nog van belang dat het Intrekkingsbesluit, waarin dit overgangsrecht was opgenomen, ten tijde van het primaire besluit nog niet was vastgesteld, maar dat daarop slechts, door middel van een wijziging in de uitvoeringspraktijk, werd vooruitgelopen. Voor het aannemen van een bijzonder geval is temeer aanleiding, daar – naar het de Raad voorkomt – het consequent gehanteerde (en door de Raad in zijn rechtspraak aanvaarde) strikte beleid ten aanzien van overschrijdingen van de driemaandentermijn, dat ook op betrokkene is toegepast, mede gerechtvaardigd werd door de steeds bestaande mogelijkheid om een gewijzigde aanvraag te doen met verschuiving van de aanvraagtermijn.
In het geval van betrokkene zijn er, zoals ook namens de minister is erkend, geen goede redenen – anders dan dat het Intrekkingsbesluit niet in dit geval voorziet – om hem de mogelijkheid van een gewijzigde (slot)aanvraag over een verkorte periode te onthouden.