De eigenaar van een pand heeft tijdens een bezwaarprocedure en een beroepsprocedure bij Rechtbank Leeuwarden aangevoerd dat de WOZ-waarde te hoog is vastgesteld. Tijdens de procedure bij de rechtbank is het pand gesplitst in twee WOZ-objecten. De eigenaar is van mening dat dit ten onrechte is gebeurd, omdat beide WOZ-objecten één aansluiting op de nutsvoorzieningen delen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Hof Leeuwarden oordeelde in hoger beroep dat het feit dat beide objecten één aansluiting op de nutsvoorzieningen delen, de splitsing in twee WOZ-objecten niet in de weg staat.
In deze zaak ging het om een monumentaal pand, waarvan de WOZ-waarde voor het tijdvak 2005-2006 was vastgesteld op totaal € 198.400. Het pand bestond uit drie afzonderlijke verdiepingen. De eigenaar van het pand bestreed zowel in bezwaar als in beroep bij Rechtbank Leeuwarden de vastgestelde WOZ-waarde. Tijdens de procedure bij de rechtbank is het pand gesplitst in twee WOZ-objecten, waarbij het ene object bestond uit de eerste verdieping en het andere object uit de tweede en derde verdieping. Tevens is de WOZ-waarde van het object bestaande uit de tweede en derde verdieping verlaagd naar € 80.000. De eigenaar bleef van mening dat de WOZ-waarde te hoog was vastgesteld en ging in hoger beroep bij Hof Leeuwarden.
De eigenaar voerde aan dat het pand tijdens de beroepsfase ten onrechte is gesplitst, omdat de twee objecten samen één aansluiting op de nutsvoorzieningen delen, en bovendien dat de WOZ-waarde te hoog is vastgesteld, onder andere omdat de referentieobjecten die in de taxatie zijn betrokken, niet goed vergelijkbaar zouden zijn met de onroerende zaak.
Wat betreft de hoogte van de WOZ-waarde en de referenties die zijn gebruikt in de taxatie van de gemeente, oordeelde Hof Leeuwarden dat de heffingsambtenaar voldoende aannemelijk had gemaakt dat de WOZ-waarde op de juiste wijze tot stand was gekomen. Bovendien was Hof Leeuwarden van oordeel dat de objectafbakening op de juiste wijze tot stand was gekomen, ondanks het feit dat twee afzonderlijke objecten samen één aansluiting op de nutsvoorzieningen delen. Hof Leeuwarden bevestigde daarmee de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van de eigenaar van het pand ongegrond.