De Hoge Raad heeft een arrest gewezen waarin de vraag centraal stond of een inlener van personeel aansprakelijk kan worden gesteld, ondanks het feit dat verklaringen van betalingsgedrag zijn afgegeven terwijl de Ontvanger van de belastingdienst wist dat de uitlener werd verdacht van een fiscaal delict.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De Hoge Raad concludeerde in deze zaak dat de Ontvanger de verklaringen van betalingsgedrag mocht afgeven, hoewel er een onderzoek naar de uitlener liep. Wel dient de Ontvanger bij het verlenen van uitstel van betaling niet met minder zekerheid genoegen te nemen dan hij van de uitlener zou hebben gevraagd als er geen mogelijkheden zouden zijn om de inlener aansprakelijk te stellen. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van Hof Den Bosch en verwees de zaak voor verdere behandeling door naar een ander hof.
In deze zaak betrof het een bedrijf dat personeel had ingeleend, ‘de inlener’, van een ander (buitenlands) bedrijf, ‘de uitlener’, gedurende de jaren 1997 tot en met 2002. Op basis van een aantal onderzoeken legde de belastingdienst in 2000 en 2002 twee naheffingsaanslagen loonheffingen op aan de uitlener. Voor de eerste naheffingsaanslag kreeg de uitlener uitstel van betaling omdat bezwaar was ingesteld. Beide aanslagen werden echter niet voldaan. De Ontvanger van de belastingdienst constateerde vervolgens dat de uitlener onvoldoende vermogen had om de aanslagen te voldoen. De bestuurders van het bedrijf waren niet traceerbaar voor de belastingdienst. Dit had tot gevolg dat de inlener aansprakelijk werd gesteld voor het deel van de loonbelastingschulden van de uitlener, dat betrekking had op de werkzaamheden die voor hem waren verricht.
In de procedure voor Hof Den Bosch stelde de inlener dat hij (voor een deel van de naheffingsaanslag) niet aansprakelijk kon worden gesteld, omdat de Ontvanger in 2000 zogenoemde ‘schone’ verklaringen betalingsgedrag had afgegeven en in 2001 zogenoemde ‘voorbehoudsverklaringen’, terwijl de Ontvanger wist dat de uitlener werd verdacht van een fiscaal delict en al naheffingsaanslagen waren opgelegd.
Het hof overwoog echter dat de verklaring betalingsgedrag niet garandeert dat de materieel verschuldigde loonheffingen zijn voldaan. Verder overwoog het hof dat in de verklaring een standaardbepaling is opgenomen waarin staat dat de belastingdienst niet aansprakelijk is voor eventuele nadelige gevolgen die voortvloeien uit het gebruik van de verklaring. Vervolgens wees het hof de inlener erop dat hij gebruik had kunnen maken van de mogelijkheid om een deel van de factuur te storten op een G-rekening of door rechtstreeks te storten bij de belastingdienst. Het beroep van de inlener werd door het hof afgewezen.
De Hoge Raad concludeerde in cassatie – conform de uitspraak van het hof – dat de verklaring betalingsgedrag slechts een beperkte betekenis heeft. Volgens de Hoge Raad mochten de verklaringen betalingsgedrag worden afgegeven, ook al zou de Ontvanger – zoals de inlener stelt – hebben geweten dat de uitlener zijn fiscale verplichtingen zeer waarschijnlijk niet zou nakomen.
Verder concludeerde de Hoge Raad ten aanzien van het niet stellen van zekerheid bij het geven van uitstel van betaling aan de uitlener het volgende. De Ontvanger dient bij het verlenen van uitstel van betaling niet met minder zekerheid genoegen te nemen dan hij (bij een behoorlijke uitoefening van zijn taak) van de uitlener zou hebben gevraagd als de wet niet de mogelijkheid zou bieden om de inlener aansprakelijk te stellen. Verleent de Ontvanger in een dergelijk geval toch uitstel van betaling en worden vervolgens verklaringen betalingsgedrag afgegeven, op grond waarvan de inlener te goeder trouw personeel is blijven inlenen, dan kan de Ontvanger de inlener niet aansprakelijk stellen. Uit de hofuitspraak bleek echter onvoldoende, op grond waarvan het Hof aan deze stelling van de inlener voorbij was gegaan. De Hoge Raad vernietigde daarom de uitspraak van het hof en verwees de zaak door naar een ander hof.
Uit dit arrest blijkt de beperkte betekenis van de verklaring betalingsgedrag. Ook als er een onderzoek bij de uitlener plaatsvindt, kunnen verklaringen van betalingsgedrag door de Ontvanger worden afgegeven.