Staatssecretaris De Jager heeft onlangs in een beleidsbesluit zijn beleid over de monumentenvrijstelling in de overdrachtsbelasting aangepast en verruimd. Aanleiding hiervoor vormde de uitspraak van Hof Den Haag van 1 mei 2009 waarin het hof de reikwijdte van deze vrijstelling oprekte.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De vrijstelling is in de wet opgenomen om het behoud van monumenten te bevorderen. Volgens de huidige wettelijke regeling kunnen alleen rechtspersonen in aanmerking komen voor de vrijstelling en geen natuurlijke personen. Het hof was van oordeel dat er onvoldoende rechtvaardiging is voor dit onderscheid, gegeven de doelstelling van de vrijstelling. Het hof gaf aan dat sprake was van een rechtstekort en loste dat op door de vrijstelling ook van toepassing te verklaren op een verkrijging in 2005 van een monument (herenhuis) door een particulier. De staatssecretaris sluit zich nu hierbij aan. Het besluit bevat verder enige bestaande goedkeuringen voor de toepassing van diverse vrijstellingen van overdrachtsbelasting. Het besluit is op 14 juni 2009 in werking getreden. Het gedeelte van het besluit over de monumentenvrijstelling werkt terug tot en met 1 mei 2009 en over de andere onderdelen tot en met 10 juni 2009.
Staatssecretaris De Jager heeft onlangs in een beleidsbesluit zijn beleid over de monumentenvrijstelling in de overdrachtsbelasting op één onderdeel aangepast en verruimd. Aanleiding hiervoor vormde de uitspraak van Hof Den Haag van 1 mei 2009 waarin het hof de reikwijdte van deze vrijstelling oprekte. De vrijstelling is in de wet opgenomen om het behoud van monumenten te bevorderen. Volgens de huidige wettelijke regeling kunnen echter alleen rechtspersonen in aanmerking komen voor de vrijstelling en geen natuurlijke personen. Het hof was van oordeel dat er onvoldoende rechtvaardiging is voor dit onderscheid, gegeven de doelstelling van de vrijstelling. Het hof gaf aan dat sprake was van een rechtstekort en loste dat op door de vrijstelling ook van toepassing te verklaren op een verkrijging in 2005 van een monument (herenhuis) door een particulier.
De staatssecretaris keurt in het beleidsbesluit goed dat een verkrijging van een monument in de zin van de Monumentenwet is vrijgesteld van overdrachtsbelasting, ongeacht of dit monument wordt verkregen door een natuurlijke persoon of een rechtspersoon. Daarnaast vervalt de wettelijke voorwaarde voor rechtspersonen dat deze hoofdzakelijk de instandhouding van monumenten als doel hebben. De staatssecretaris geeft aan dat de verruimde toepassing van de vrijstelling een voorlopig karakter heeft. De reden hiervan is dat momenteel een evaluatie van de vrijstelling plaatsvindt.
Het besluit bevat verder enige bestaande goedkeuringen voor de toepassing van diverse vrijstellingen van overdrachtsbelasting zoals: de verdeling van de gemeenschap tussen samenwoners, de verkrijging van een onroerende zaak voordat deze is aangewezen als monument en het aanbrengen van zaken door of in opdracht en voor rekening van een verkrijger. Ook vermeldt het besluit dat de desbetreffende goedkeuringen vervallen als een toekomstige verkrijger een beroep doet op de vermindering van overdrachtsbelasting wegens kort opeenvolgende verkrijgingen of wegens de verkrijging van de economische eigendom nadat de juridische eigendom al eerder is overgegaan en omgekeerd.
Het besluit is op 14 juni 2009 in werking getreden. Het gedeelte van het besluit over de monumentenvrijstelling werkt terug tot en met 1 mei 2009 en over de andere onderdelen tot en met 10 juni 2009.