Werkneemster is sinds 1 januari 2005 in dienst en heeft per 1 oktober 2008 zelf de arbeidsovereenkomst opgezegd. Werkgever heeft per die datum een eindafrekening opgesteld. Met betrekking tot deze eindafrekening is tussen werkgever en werkneemster onder andere een discussie ontstaan over de toe te kennen bonus aan werkneemster.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
In de arbeidsovereenkomst is overeengekomen dat werkneemster naast het reguliere loon recht kan hebben op een bonus. Hiervoor bestaat bij werkgever een provisiereglement. Het reglement kent een bonus die afhankelijk wordt gesteld van de door werkneemster behaalde omzet per kwartaal en een bonus die afhankelijk wordt gesteld van de door werkneemster behaalde jaaromzet. Jaarlijks worden de targets en de percentages hiervoor vastgesteld. De targets zijn per kwartaal verschillend omdat zij gebaseerd zijn op de historische ervaringen van werkgever ten aanzien van het realiseren van omzet in de verschillende kwartalen. Voor het jaar 2008 zijn de volgende targets vastgesteld: eerste kwartaal: € 175.000,–; tweede kwartaal: € 225.000,–; derde kwartaal: € 150.000,–; en ten slotte voor het vierde kwartaal: € 250.000,–. Indien werkneemster de kwartaaltarget behaalde, had zij recht op een bonus van € 2.000,–. Daarnaast kwam zij ieder kwartaal in aanmerking voor een extra bonus van € 1.000,–, wanneer minimaal 44 procent van de omzet in een bepaalde productgroep was behaald. De kwartaalbonus werd per kwartaal uitgekeerd. Werkneemster kon dus per kwartaal maximaal € 3.000,– aan bonus ontvangen, waardoor zij op jaarbasis maximaal
€ 12.000,– (4 × € 3.000,–) bonus kon ontvangen. Indien werkneemster een kwartaaltarget niet had gehaald en dus ook geen recht had op de kwartaalbonus kon dit alsnog worden goedgemaakt door het behalen van de jaartarget. Het doel van de jaarbonus was om minder goede kwartalen goed te maken. Werkneemster had dan ook enkel recht op een jaarbonus indien zij niet ieder kwartaal een bonus had ontvangen. Werkneemster zou voor een jaarbonus in aanmerking komen als zij op jaarbasis € 800.000,– , waarvan minimaal € 352.000,– in een specifieke productgroep, had omgezet. Ingevolge het provisiereglement kon werkneemster naast de gewone bonussen (kwartaalbonussen en jaarbonus) in aanmerking komen voor een jaaraccelerator (“versneller”), wanneer zij meer dan de voornoemde jaartarget had omgezet.
Voorts is in artikel 1.b van het provisiereglement de volgende bepaling opgenomen:
“De omzet is aan een Sales (salesconsultant) toe te schrijven als deze rechtstreeks voortkomt uit een order waarbij de Sales degene is die het commerciële traject bewaakt heeft en de offerte heeft opgesteld en het contract voor de klant heeft opgesteld en afgerond. Als delen van het traject door anderen zijn waargenomen of uitgevoerd, kan er sprake zijn van deels of niet toewijsbaar zijn van omzet”.
Partijen zijn het eens over de gerealiseerde omzet door werkneemster in het eerste en derde kwartaal van 2008. Voor het eerste kwartaal betekent dat dat er terecht geen bonus is verdiend, terwijl in het derde kwartaal de volledige bonus is behaald. De omzet en de daarmee gepaard gaande bonus over het tweede kwartaal is wel een discussiepunt, evenals het al dan niet in aanmerking komen voor de jaarbonus en de versneller.
Standpunt werknemer
Werkneemster is van mening dat zij de target voor het tweede kwartaal heeft gehaald en dat zij recht heeft op de maximale kwartaalbonus. Ondanks het feit dat werkneemster in het tweede kwartaal 2,5 maanden volledig respectievelijk gedeeltelijk arbeidsongeschikt is geweest, heeft zij haar target gehaald, aldus werkneemster. Het is volgens werkneemster niet juist dat werkgever de omzet toerekent aan haar collega’s die het werk in haar ziekteperiode in het tweede kwartaal hebben overgenomen.
Ook moet de jaarbonus volgens werkneemster gedeeltelijk aan haar worden toegekend en heeft zij recht op de bonus voor de versneller. Op basis van het provisiereglement kunnen de niet behaalde targets voor kwartalen immers worden goedgemaakt door de jaartarget te behalen, aldus werkneemster. Werkneemster stelt zich daarbij op het standpunt dat het juist en redelijk is om de jaarbonus naar rato van drie kwartalen toe te passen. Werkneemster diende volgens de voor 2008 vastgestelde targets, tot en met het derde kwartaal € 550.000,– euro om te zetten. Werkneemster had naar eigen zeggen € 675.858,– omgezet, waarbij zij de omzet die haar collega’s in het tweede kwartaal bij haar klanten hadden gemaakt, meerekende. Hieruit concludeert werkneemster dat zij de jaartarget wel gehaald zou hebben indien zij in dienst zou zijn gebleven tot en met het vierde kwartaal en dat zij daarom dan ook in aanmerking diende te komen voor de jaarbonus en de versneller. Werkneemster vordert van werkgever de bonus van het tweede kwartaal, de jaarbonus en de versneller.
Standpunt werkgever
De werkgever stelt zich op het standpunt dat als gevolg van de arbeidsongeschiktheid van werkneemster niet alle omzet in het tweede kwartaal persoonlijk aan haar is toe te rekenen. Collega’s hebben haar werk overgenomen. Artikel 1.b van het provisiereglement is van toepassing. Desondanks heeft werkgever, ook al was zij daartoe volgens het reglement niet verplicht, coulancehalve een groot deel van de omzet toch aan werkneemster toegerekend en een (beperkte) kwartaalbonus toegekend. Derhalve heeft werkgever in voldoende mate rekening gehouden met haar afwezigheid wegens ziekte. Overigens staat het volgens werkgever niet vast dat werkneemster de kwartaaltarget wel zou hebben gehaald indien ze niet ziek zou zijn geweest.
Over de jaarbonus merkt werkgever op dat de totaal behaalde jaaromzet niet naar rato dient worden berekend. Allereerst omdat geen recht bestaat op de jaarbonus als elk kwartaal volgens target is gepresteerd. De jaarbonus geldt namelijk slechts als een tweede kans en stimulans om voorgaande kwartalen goed te maken. Werkneemster heeft voor het einde van haar dienstverband niet de minimaal gestelde jaaromzet van € 800.000,– (waarvan € 352.000,– aan een specifieke productgroep) behaald en komt zodoende niet in aanmerking voor de jaarbonus. Om dezelfde redenen komt zij niet in aanmerking voor de versneller. Er is volgens werkgever geen reden om aan werkneemster een jaarbonus naar rato toe te rekenen, omdat over de wel gewerkte kwartalen reeds een (kwartaal) bonus is verstrekt. De vordering dient afgewezen te worden.
Kantonrechter
De kantonrechter laat zich uit over de vraag wat de bonusregeling inhoudt en wat deze regeling voor werkneemster in 2008 oplevert.
De kantonrechter bepaalt dat werkneemster volgens het reglement alleen aanspraak kan maken op provisie over omzet wanneer die omzet daadwerkelijk door werkneemster is gerealiseerd. Zij kan dan ook alleen aanspraak op provisie maken voor de periode tot het einde van het dienstverband. Met betrekking tot het tweede kwartaal is werkneemster gedurende lange periode arbeidsongeschikt geweest, waardoor andere collega’s delen van haar werk hebben overgenomen. Artikel 1b van het provisiereglement is van toepassing. Hieruit blijkt dat omzet niet geheel aan werkneemster is toe te schrijven. Uit het artikel blijkt dat er een zekere discretionaire bevoegdheid van de werkgever bestaat om desondanks deels de omzet toch aan werkneemster toe te rekenen. Er bestaat volgens de kantonrechter geen grond om de omzet volledig aan haar toe te rekenen.
Met betrekking tot de stelling van werkneemster dat de jaarbonusregeling naar rato dient worden toegepast, overweegt de kantonrechter als volgt. De kantonrechter volgt de stelling van werkgever dat in het reglement geen voorziening is getroffen voor een pro rata berekening. Daarnaast is pro rata berekening niet gewenst omdat per kwartaal de te behalen targets verschillen en dat juist deze verschillen zijn gebaseerd op de historische ervaringen ten aanzien van het realiseren van omzet in de verschillende kwartalen. Volgens de kantonrechter kan werkneemster, ter onderbouwing van haar vordering, niet volstaan met de stelling dat over de drie wel gewerkte kwartalen het in die kwartalen bij elkaar geteld te behalen omzetbedrag naar rato is gerealiseerd. Alleen wanneer over het gehele jaar de target is gehaald, kan sprake zijn van een correctie ten aanzien van eerder niet behaalde bonussen.
De kantonrechter wijst de vordering van werkneemster af en veroordeelt haar in de kosten van de procedure.
De beschikking van de kantonrechter is (nog) niet gepubliceerd.
mr. N. Bouwmeester, Van Diepen Van der Kroef Advocaten
