De Centrale Raad van Beroep oordeelt in zijn uitspraak van 30 mei 2012 dat de door betrokkene verleende machtiging een beperkte, slechts de administratieve afhandeling van de verzekering betreffende, machtiging is en dat het besluit terecht aan betrokkene is toegestuurd.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Betrokkene heeft op het op 12 april 2005 door hem ondertekende aanvraagformulier voor een vrijwillige verzekering op grond van de ZW de vraag “Wilt u gebruik maken van een gemachtigde voor de administratieve afhandeling inzake de premiebetaling en correspondentie van uw vrijwillige verzekering?” beantwoord met “Ja.” Bij de vraag naar de gegevens van de gemachtigde heeft hij de gegevens van zijn gemachtigde ingevuld.
Het bestuursorgaan heeft zich op het standpunt gesteld dat de door betrokkene gegeven machtiging slechts betrekking had op de administratieve afhandeling van de verzekering, zoals premiebetalingen, en niet gold voor de correspondentie over de uitvoering van de verzekering, zoals het toekennen of beëindigen van een uitkering. In de praktijk is de machtiging steeds op die manier door het bestuursorgaan geïnterpreteerd en toegepast en daarop is nooit gereageerd van de zijde van betrokkene. Betrokkene heeft dit laatste erkend.
De Raad onderschrijft het standpunt van het bestuursorgaan dat de door betrokkene verleende machtiging een beperkte, slechts de administratieve afhandeling van de verzekering betreffende, machtiging is. Daaronder valt de correspondentie met betrekking tot de premiebetalingen, de voorwaarden van de verzekering en dergelijke zaken. Deze moet worden onderscheiden van correspondentie over de inhoudelijke afhandeling van ingediende claims, zoals het toe- of afwijzen of beëindigen van een uitkering. Indien betrokkene de bedoeling had gehad om zijn gemachtigde ook hiervoor te machtigen had het op zijn weg gelegen om het bestuursorgaan, die de machtiging kennelijk niet aldus had opgevat en toegepast, daarvan op de hoogte te stellen. Nu dat niet is gebeurd is het besluit van 14 januari 2010 terecht naar betrokkene toegestuurd. Geen verschoonbare termijnoverschrijding in verband met psychische gesteldheid van betrokkene, bezwaar niet-ontvankelijk
De Centrale Raad van Beroep is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht en het ambtenarenrecht.
Dit is een nieuwsbericht op basis van de genoemde uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Bij verschil tussen dit nieuwsbericht en de volledige uitspraak is laatstgenoemde beslissend.