De Centrale Raad van Beroep oordeelt in zijn uitspraak van 10 april 2013 dat het als speler beoefenen van de voetbalsport in een amateurclub naar gangbare maatschappelijke opvatting geen arbeid in het economisch verkeer is.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
Nadat zijn tijdelijke arbeidsovereenkomst als professioneel voetballer bij FC Eindhoven niet werd verlengd heeft appellant betrokkene per 1 juli 2010 in aanmerking gebracht voor een WW-uitkering. Vervolgens is gebleken dat betrokkene zich heeft verbonden vanaf 1 juli 2010 voor KFC Dessel Sport in België te voetballen. Daaraan heeft hij gemiddeld dertien en een half uur per week besteed (vier trainingen en een wedstrijd) en heeft hij een onkostenvergoeding en een winstpremie ontvangen.
Appellant heeft in verband hiermee de WW-uitkering per 19 juli 2010 herzien op de grond dat betrokkene voor dertien en een half uur per week de hoedanigheid van werknemer heeft verloren, een bedrag teruggevorderd van € 3.349,90 en een boete opgelegd van € 340,-.
Onder werkzaamheden uit hoofde waarvan een werknemer zijn hoedanigheid als werknemer verliest, moet volgens vaste rechtspraak worden verstaan arbeid die in het economisch verkeer wordt verricht en waarmee het verkrijgen van enig geldelijk voordeel wordt beoogd of volgens de in het maatschappelijk verkeer geldende normen redelijkerwijs kan worden verwacht. Bij de vraag of sprake is van arbeid die in het economisch verkeer wordt verricht komt betekenis toe aan de aard van de activiteiten en omgeving waarbinnen die activiteiten worden verricht. Uit de gedingstukken blijkt dat KFC Dessel Sport ten tijde in geding geen betaaldvoetbalorganisatie was, maar een amateurclub in de Derde Klasse van de Belgische voetbalcompetitie waarbij uitsluitend amateurvoetballers speelden. Het als speler beoefenen van de voetbalsport in een amateurclub als hier aan de orde is naar gangbare maatschappelijke opvatting geen arbeid in het economisch verkeer. Dat is niet anders indien daarmee beoogd wordt de kansen te vergroten om (opnieuw) arbeid als speler in dienst van een betaaldvoetbalorganisatie te verkrijgen. Anders dan appellant heeft betoogd komt in dit verband geen betekenis toe aan het feit dat betrokkene tot 1 juli 2010 werkzaam is geweest als professioneel voetballer. De stelling van appellant dat KFC Dessel Sport destijds gericht was op promotie naar het gaan spelen van betaald voetbal is, wat er van die stelling ook zij, in dit verband evenmin relevant. De rechtbank heeft terecht overwogen dat de activiteiten van betrokkene bij KFC Dessel Sport niet aan te merken zijn als arbeid die in het economisch verkeer wordt verricht. Van het verrichten van werkzaamheden uit hoofde waarvan betrokkene niet als werknemer wordt beschouwd was dan ook geen sprake.