De rechtbank Oost-Brabant heeft een 38-jarige vrouw uit Asten vrijgesproken van het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan haar driejarige zoontje. Volgens het Openbaar Ministerie gaf de vrouw haar zoontje geruime tijd laxeermiddelen.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De jongen kampte lange tijd met diarreeklachten, zijn gewicht nam af en hij had een groeiachterstand. In de urine van de jongen troffen specialisten in september en oktober 2012 op vijf tijdstippen een laxeermiddel aan. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf voor de moeder van dertig maanden, waarvan tien maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaar.
De rechtbank constateert dat het dossier een aantal aanwijzingen bevat die wijzen in de richting van de vrouw als dader. De meest opvallende aanwijzing is dat de gezondheidstoestand van de jongen verbeterde nadat hij van zijn moeder werd gescheiden. Een andere aanwijzing is dat de vrouw de beschikking had over een soortgelijk laxeermiddel dat de jongen in zijn urine had. Ook was zij in de gelegenheid dit aan haar zoontje te geven.
Toch is dat alleen volgens de rechtbank onvoldoende om tot bewijs te komen dat het de vrouw was die het laxeermiddel aan haar zoontje gaf. Deskundigen hebben niet kunnen vaststellen op welke tijdstippen precies het middel aan de jongen is gegeven en omdat ook andere personen bij de jongen konden komen, kan de rechtbank niet met voldoende zekerheid vaststellen dat de vrouw dat gedaan heeft. Ze wordt daarom vrijgesproken.
ECLI:NL:RBOBR:2014:7885