De consumenten stellen dat ASR ongeoorloofd onderscheid maakt tussen haar klanten die over een lening beschikken mét Nationale Hypotheek Garantie (NHG) en klanten met een lening zónder NHG oftewel dat ASR discrimineert. ASR brengt een veel hogere rente in rekening voor leningen zonder NHG in vergelijking tot leningen met NHG. Bovendien hanteert ASR aantoonbaar als enige geldverstrekker een ander rentebeleid ten opzichte van andere geldverstrekkers. Andere geldverstrekkers hanteren gemiddeld een verschil van 10% tussen 5-jaars vaste rente met NHG en de meest gunstige 5-jaars vaste rente zonder NHG.
Prijs vergelijk ADSL, kabel, glasvezel aanbieders en bespaar geld door over te stappen!
De meest gunstige hypotheekrente die ASR hanteert voor 5-jaars leningen zonder NHG ligt namelijk 47% hoger dan de rente voor een lening met NHG. ASR is niet transparant over de reden die dit verschil zou moeten rechtvaardigen. Dit verschil kan ook niet gerechtvaardigd worden op basis van het risico dat ASR zou kunnen lopen. Het risico dat ASR op de financiering van de consumenten loopt is immers klein, gelet op de huidige schuld/ marktwaarde-verhouding die voor de lening van de consumenten geldt. Dat niet iedereen aan de voorwaarden voor NHG kan voldoen ligt deels buiten de invloedsfeer van mensen.
Dit geldt ook voor de consumenten die in de randstad wonen waar de huizenprijzen gauw niet voldoen aan de NHG-voorwaarden. NHG is een middel waarvoor uiteindelijk de gehele gemeenschap garant staat, dus ook de mensen die daar geen gebruik van maken. De lening van de consumenten bevindt zich in de laagste risicoklasse, waardoor zij bij ASR niet meer voor een lagere rente in aanmerking kunnen komen. Overstappen naar een andere geldverstrekker is voor de consumenten geen optie vanwege de kosten die hieraan verbonden zijn. ASR maakt dus op oneigenlijke wijze gebruik van haar machtspositie.
Beoordeling
De kern van de klacht van de consumenten ziet op de vraag of ASR op dit moment een redelijk rentebeleid hanteert voor hypothecaire geldleningen zonder NHG.
Bij het beoordelen van de klacht van de consumenten dient als uitgangspunt te gelden dat ASR als geldverstrekker een bepaalde mate van vrijheid toekomt als het gaat om het vaststellen van de rentetarieven die zij biedt voor haar producten. Daarbij is ASR gebonden aan de grenzen die worden gesteld door de wet, de overeenkomst en de maatstaven van de redelijkheid en billijkheid.1
Een tussen partijen geldende regel is volgens artikel 6:248 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek niet van toepassing, wanneer dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Gelet op de formulering van dit artikel dient de commissie de nodige terughoudendheid te hanteren bij de beoordeling of een geldende regel tussen partijen niet van toepassing is..2
Discriminatie komt erop neer dat gelijke gevallen niet gelijk behandeld worden. De commissie is van oordeel dat hier geen sprake is van discriminatie door ASR. In het geval van de consumenten is namelijk geen sprake van een gelijk geval die gelijk behandeld moet worden.
De consumenten beschikken immers over een woning waarvoor de NHG-garantie niet geldt. De consumenten komen dus ook niet in aanmerking voor de garanties die door NHG worden geboden. Daarvoor is niet relevant dat de consumenten geen tot weinig invloed daarop hebben door hun keuze om in de randstand te wonen. Er is geen sprake van gelijke gevallen.
Zodoende is ASR niet gehouden om de hypothecaire geldlening van de consumenten op gelijke wijze te behandelen als een hypothecaire geldlening waarvoor wel NHG geldt.
Het rentebeleid is niet naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar
Zoals hiervoor aangegeven beschikt ASR als geldverstrekker over een grote mate van vrijheid om haar eigen tarieven te bepalen. De commissie is van oordeel dat ASR bij het gebruik maken van deze vrijheid niet naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar heeft gehandeld. Dat een ander beleid ook – en wellicht beter – verdedigbaar is, is voor een onaanvaardbaarheidsoordeel bovendien onvoldoende.3 Daarbij gaat de commissie uit van het volgende.
ASR heeft de bevoegdheid om haar eigen tarieven vast te stellen. Op dit moment hanteert ASR een hogere rente voor leningen zonder NHG-garantie dan voor leningen met NHGgarantie. Dit is anders dan in de periode waarin de consumenten de lening aangingen bij ASR.
Op dat moment werd juist een gunstiger rentetarief gehanteerd voor leningen in de laagste risicoklasse zonder NHG. ASR heeft niet betwist dat het verschil in rente dat zij hanteert in ruime mate hoger ligt dan het verschil dat bij andere geldverstrekkers wordt gehanteerd.
Uit het standpunt van ASR begrijpt de commissie dat het verschil in tarieven bij ASR onder meer wordt veroorzaakt door de verplichtingen die verbonden zijn aan de soort lening. Voor de ‘funding’ van hypothecaire geldleningen met NHG gelden minder strenge toezichtrechtelijke kapitaalregels dan voor hypothecaire geldlening zonder NHG. Hoewel de commissie ook begrip heeft voor het standpunt dat de consumenten meer transparantie verlangen – en enige toelichting op haar (rente)beleid van ASR verlangd mag worden – kan ASR niet gehouden worden om concurrentiegevoelige informatie te verstrekken.
Conclusie
Op grond van het voorgaande concludeert de commissie dat de vordering van de consumenten wordt afgewezen.
De beslissing van het Kifid
De commissie wijst de vordering af.